FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   179   180   181   182   183   184   185   186   187  
188   189   >>  
zelschap je daar aan je zijde hebt?" "Ik zie 't," zei de ander, "en ik hoop dat 't geluk zal brengen." Dadelijk daarop gleed de vuurbol langs 't touwwerk naar beneden en viel vlak voor de voeten van den stuurman neer.--ANTOON: En die was zeker half dood van den schrik?--ADOLF: Och, zeelui zijn aan buitengewone dingen gewend. Een oogenblik bleef de bal daar liggen en rolde toen langs de gangboorden van 't schip, gleed door een van de openingen heen en verdween. Tegen den middag begon 't hoe langer zoo meer te spoken. Heb je de Alpen wel eens gezien?--ANTOON: Ja.--ADOLF: Nu, die bergen zijn maar wratten, vergeleken bij de golven van de zee. Zoo vaak we omhoog getild werden, hadden we de maan met onzen vinger kunnen aanraken; zoo dikwijls we in de diepte gesleurd werden had 't er veel van, alsof we door de gespleten aarde regelrecht naar de onderwereld gingen.--ANTOON: Wat zijn de menschen toch dwaas die zich aan de gevaren van de zee blootstellen!--ADOLF: Terwijl de matrozen tevergeefs tegen den storm trachten op te tornen, komt de kapitein, bleek als een doode, bij ons.--ANTOON: Die bleekheid voorspelt een groot ongeluk.--ADOLF: "Vrienden," zegt hij, "ik ben 't stuur over mijn schip kwijt: de wind is mij de baas. Er schiet niets over dan dat wij onze hoop op God stellen en dat iedereen zich op 't uiterste voorbereidt."--ANTOON: Dat is krasse taal.--ADOLF: "In de allereerste plaats moet 't schip ontlast worden: 't _moet_; al is 't een hard middel. Maar 't is beter voor ons leven te zorgen door verlies van 't een en ander, dan tegelijk met dit laatste ook zelf om-koud te gaan." Wij begrepen dat hij waarheid sprak en tal van balen en kisten met kostbare koopwaar werden overboord geworpen.--ANTOON: Dat was met recht een _kwade worp_.--ADOLF: Er was ook een Italiaan bij ons gezelschap die een gezantschap had vervuld bij den koning van Schotland. Hij had een kist bij zich vol met zilverwerk, ringen, lakens en zijden stoffen.--ANTOON: En wilde de Italiaan die niet aan de zee afstaan?--ADOLF: Neen, hij wilde met zijn dierbare schatten naar den kelder gaan of met hen gered worden. En zoo verweerde hij zich.--ANTOON: Wat deed de kapitein?--ADOLF: Die zei: "Voor mijn part mag je met den heelen rommel verdrinken; maar 't gaat toch niet aan dat wij allen terwille van die kist kans loopen ons leven te verliezen? Weet dus wat je doet: anders werpen wij je met je kist in zee."--ANTOON: Dat is flinke zeemanstaal.--ADOLF: De Italiaan moest
PREV.   NEXT  
|<   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   179   180   181   182   183   184   185   186   187  
188   189   >>  



Top keywords:
ANTOON
 

werden

 
Italiaan
 

worden

 
kapitein
 

verlies

 

tegelijk

 
laatste
 

begrepen

 

krasse


stellen
 

iedereen

 

uiterste

 

voorbereidt

 

schiet

 
waarheid
 

middel

 
ontlast
 
allereerste
 

plaats


zorgen

 

vervuld

 

rommel

 

heelen

 

verdrinken

 

verweerde

 

terwille

 

flinke

 

werpen

 

zeemanstaal


anders
 

verliezen

 

loopen

 
kelder
 

gezelschap

 

gezantschap

 

geworpen

 

overboord

 
kisten
 
kostbare

koopwaar

 

koning

 
afstaan
 

stoffen

 

dierbare

 

schatten

 

zijden

 

lakens

 

Schotland

 

zilverwerk