FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   3   4   5   6   7   8   9   10   11   12   13   14   15   16   17   18   19   20   21   22   23   24   25   26   27  
28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   >>   >|  
emfiguren, waarin hij gezichten zag en waarvan hij de vormen zoo dikwijls bestudeerd had, als bij ziek was of 's morgens wakker lag, hij hield van het eene schilderijtje dat er hing, waarop stijve wandelaars waren afgebeeld, die in een nog stijver tuin wandelden langs gladde vijvers, waarin hemelhooge fonteinen spoten en kokette zwanen zwommen; het meest hield hij echter van de hangklok. Hij wond die altijd met zorg en aandacht op en hield het voor een noodzakelijke beleefdheid naar haar te kijken als zij sloeg. Dat ging natuurlijk alleen zoolang Johannes niet sliep. Was de klok door een verzuim stil blijven staan, dan voelde Johannes zich zeer schuldig en vroeg haar duizendmaal vergeving. Gij zoudt misschien lachen, als ge hem met zijn kamer in gesprek hoordet. Maar let eens op hoe dikwijls gij bij u zelven spreekt. Dat schijnt u in 't geheel niet belachelijk. Johannes was bovendien overtuigd, dat zijne hoorders hem volkomen begrepen en had geen antwoord noodig. Maar heimelijk wachtte hij toch wel eens een antwoord van de klok of het behangsel. Schoolkameraden had Johannes wel, maar vrienden waren het eigenlijk niet. Hij speelde met hen en smeedde samenzweringen op school en vormde rooverbenden met hen buiten, maar hij voelde zich eerst recht thuis als hij alleen met Presto was. Dan verlangde hij nimmer naar jongens, en voelde zich volkomen vrij en veilig. Zijn vader was een wijs en ernstig man, die Johannes dikwijls medenam op lange tochten door wouden en duinen; dan spraken ze weinig en Johannes liep tien schreden achter zijn vader, de bloemen groetend, die hij tegenkwam en de oude boomen, die zoo altijd op dezelfde plaats moesten blijven, vriendelijk met zijn handje langs de ruwe schors strijkend. En ruischend dankten hem dan de goedige reuzen. Soms schreef zijn vader letters in het zand bij het voortgaan, een voor een, en Johannes spelde de woorden, die zij vormden en soms ook stond de vader stil en leerde Johannes den naam van een plant of dier. En Johannes vroeg ook dikwijls, want hij zag en hoorde veel raadselachtigs. Domme vragen deed hij vaak; hij vroeg waarom de wereld was zooals zij was, en waarom dieren en planten dood moesten gaan, en of er wonderen konden gebeuren. Maar Johannes' vader was een wijs man en zeide niet alles wat hij wist. Dat was goed voor Johannes. 's Avonds voor dat hij slapen ging, deed Johannes altijd een lang gebed. Dat had de kindermeid hem zoo geleerd. Hij bad voor zijn vader
PREV.   NEXT  
|<   3   4   5   6   7   8   9   10   11   12   13   14   15   16   17   18   19   20   21   22   23   24   25   26   27  
28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   >>   >|  



Top keywords:

Johannes

 

dikwijls

 

altijd

 

voelde

 

moesten

 

volkomen

 
alleen
 

waarom

 

waarin

 

antwoord


blijven
 

strijkend

 

dezelfde

 

plaats

 

schors

 

vriendelijk

 

handje

 

spraken

 
veilig
 

ernstig


medenam

 
jongens
 

Presto

 

verlangde

 

nimmer

 
tochten
 

wouden

 
bloemen
 

achter

 

groetend


tegenkwam

 

schreden

 

duinen

 

weinig

 

boomen

 

vormden

 

wonderen

 
konden
 

gebeuren

 

planten


wereld
 
zooals
 

dieren

 
kindermeid
 
geleerd
 
slapen
 

Avonds

 

vragen

 

voortgaan

 

spelde