FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   10   11   12   13   14   15   16   17   18   19   20   21   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34  
35   36   37   38   39   40   41   >>  
je ziel doolt met de blauwe wierook uit je pijp door alle straten, En de muziek van je ogen hommelt ver het land in dat zich alom heeft gezet aan de stad als een lief aan haar Hoogliefs voeten. LIED VAN DE ARBEID Vandaag is het over mij gekomen en het is zo groot, mijne vrienden laat mij het verhalen. Ons woord is anders geworden, vaste klank kwam in onze stem, en ons gebaar tekent de komende visioenen op de lucht-- wij: bouwers met horizonnen! De grote wind die komt van de zee en de vlakte hij brak het water los, de pleinen heeft hij witgevaagd. Meeuwen tuimelden over de stad, de zon is uit de wolken gevallen. Dit is het grote Hosannah: de mensen laten zich dragen op de wind, dit is het grote Hosannah van de wind en de wolken die zingen door de mensen --en de ongeboren kindertjes zijn als dolende sterren in de schoot hunner moeder! De grote wind die komt van de zee en de vlakte. Zo is dit lied gevaren uit mijn ziel --mijn ziel was de warme, ronkende haven, luw nest voor de tochten en de tijen-- als een galjoot geschoten in zee, als een ranke galjoot ten dans gevoerd, dans van de baren en de kimmen, dans van het land waarin de baaien zich hebben vastgebeten. Overal waar deze galjoot voorbijdanst zullen de mensen samenlopen op het strand, en een jubel zonder einde zal zich leggen over de wereld. Want mijn galjoot draagt het evangelie van al mijn dwalen en van mijn berouw, de goede, vreugdevolle tijding --schalt de wereld, stem is overal van de daken en de telefoonpalen, van de elevators, klimmasten voor het havendiet!-- Ik vond mijzelf in de sterke, smartenrijke Arbeid, en niets is meer van mij-zelf maar alles is van u, en u, en van allen; het is ene goddelike ritme dat ons allen beweegt, de liefdegolf in de vrouw, het loerend instinkt in de man, het is alles een: wat de grashalm richt naar de zon, het meisje doet knielen aan haar lief, alles een in de grenzeloze, meteloze omarming Liefde! Zo, lijk een kind dat al de wonderen van zijn moeders gelaat ontdekt, de dauwige ogen, de kittelende wimpers, de mond, en ook dit groefje dat aan haar mond ontspringt, en er zijn nog zovele wonderen in haar warme hals en onder het haar over haar slapen, zo machtig vele-- o weer dit leven te ontdekken, mirakel achter mirakel! Als een die in het witte vlees van zijn lief zich voelt als een zwemmer in wentelende wateren --uitrukken! uitrukken!-- het is zo ver, en zo ver, en het is zo goed!
PREV.   NEXT  
|<   10   11   12   13   14   15   16   17   18   19   20   21   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34  
35   36   37   38   39   40   41   >>  



Top keywords:
galjoot
 

mensen

 

wonderen

 

uitrukken

 

vlakte

 
wereld
 

Hosannah

 

wolken

 

mirakel

 

overal


schalt

 

telefoonpalen

 

goddelike

 

elevators

 
tijding
 

vreugdevolle

 

liefdegolf

 
berouw
 
beweegt
 

mijzelf


dwalen
 

smartenrijke

 
Arbeid
 

leggen

 

loerend

 

klimmasten

 

draagt

 

havendiet

 

evangelie

 

sterke


omarming

 
machtig
 
slapen
 

zovele

 

zwemmer

 

wentelende

 

wateren

 

ontdekken

 

achter

 

ontspringt


groefje

 

knielen

 

grenzeloze

 

meteloze

 
meisje
 

grashalm

 

Liefde

 
dauwige
 
kittelende
 

wimpers