FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162  
163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   179   180   181   182   183   184   185   186   187   >>   >|  
denkingen zoo juist overeenstemmen met de gedachten, die mij toen bezielden. Want gij klaagdet in uw antwoord over de maatschappij en het gezelschap, in het algemeen over de samenleving. Juist deze zijn het, die mij bijwijlen nopen, verademing te zoeken in de natuur, den ouden sleur te ontvluchten en in eene omgeving van oprechtheid voor de gekunsteldheid vergoeding te vinden. Ik stem het u toe, dat zij ziek zijn, of, zoo wellicht deze stellige uitdrukking te sterk is, dat zij niet gezond zijn,--en, zij willen niet genezen worden. Dat is het geval bij zielszieken. Wie lichamelijk lijdt, haast zich, van zijne kwalen bevrijd te wezen, maar de zielszieken willen meestal niet genezen worden. Hoe zouden zij ook willen, daar hun wil mede ziek is? Zij consulteeren en medicineeren er wel tegen, maar voeden te gelijk dagelijks hunne kwaal, aanvullend, wat de geneesheer wegnam, en gij kunt ze niet meer grieven dan door hun te zeggen: gij wordt beter. Ook onze samenlevingsmensch is zielsziek. Door gemaaktheid, conventie, oververfijning, die weekheid is geworden, door gebrek aan hoogere overtuiging, door leugen en schijnzucht, en alleen waarheid kan hem redden, waarheid en die schoone verschijning, waarin de waarheid vleesch geworden is, de natuur. Die onnatuur, dat geveinsde en gekunstelde, heeft ook het gezelschapsleven verwaterd of bedorven. Onder conventioneele vormen beweegt het zich voort op den stroom der meening, maar derft te veel de geestesbezieling. Wat er zich tegen verheft is maar eene reactie van onverschilligheid. Hoe dikwijls waart in de gezelschappen der wereld die melancholische gestalte onzichtbaar, maar voelbaar om,--wilt gij haar Hamlet of Shakespeare noemen,--met de bittere woorden op de lippen: Hoe mat, oudbakken, geestloos schijnen Der wereld vormen en gebruiken. * * * * * De algemeene beschaving berust te weinig op inwendige vorming, te veel op uitwendige, en deze is het fatsoen, dat alles beheerscht, de afgod van alle standen, naar wiens gunst allen streven, en het groote einddoel der zedelijke opvoeding. Het spreekt overigens vanzelf, dat dit fatsoen slechts tot het uitwendige leven beperkt is en tot het niet openlijk schenden van de wellevenskunst. Ten gevolge van dit alles heeft er ook in de taal en spreekwijze eene geheele verschuiving van beteekenis plaats gehad. Een aantal woorden heeft zijne kracht verloren, is verlept, verschaald, afgestompt e
PREV.   NEXT  
|<   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162  
163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   179   180   181   182   183   184   185   186   187   >>   >|  



Top keywords:

willen

 

waarheid

 

uitwendige

 

woorden

 

geworden

 

fatsoen

 
worden
 

vormen

 

wereld

 

genezen


zielszieken
 

natuur

 

gestalte

 

kracht

 

dikwijls

 

gezelschappen

 

verloren

 

melancholische

 
onzichtbaar
 

bittere


aantal

 
lippen
 

noemen

 

Shakespeare

 

onverschilligheid

 
Hamlet
 

voelbaar

 
geestesbezieling
 

bedorven

 

conventioneele


afgestompt

 

verwaterd

 

gezelschapsleven

 

geveinsde

 

gekunstelde

 

beweegt

 

oudbakken

 
verheft
 

verlept

 

verschaald


stroom
 
meening
 

reactie

 
openlijk
 
schenden
 
wellevenskunst
 

onnatuur

 

standen

 

streven

 

groote