zijn,
wordt borgtocht voor ieder gesteld op de aanzienlijke som van duizend
pond."
Twee duizend pond moest het Fogg kosten, zoo hij met zijne
veroordeeling geen vrede nam.
"Ik betaal," zeide de gentleman, en haalde uit den zak, dien
Passepartout droeg, een pak banknoten, dat hij op den lessenaar van
den griffier legde.
"Dit geld zal u in staat stellen om de gevangenis te ontloopen,"
zeide de rechter. "Gij zijt intusschen vrij onder borgtocht."
"Ga mee," zeide Fogg tot zijn knecht.
"Als zij mij ten minste mijne schoenen maar teruggeven! zeide
Passepartout woedend.
Men gaf hem zijne schoenen terug.
Een duur paar schoenen! mompelde hij. Elk meer dan duizend pond! En dan
komt er nog bij dat zij mij klemmen! Toen volgde hij zeer neerslachtig
Fogg, die mevrouw Aouda zijn arm had geboden. Fix hoopte altijd nog
dat zijn dief nooit besluiten zou om die twee duizend pond te betalen,
maar liever voor acht dagen in de gevangenis zou gaan. Hij volgde
Fogg dus op den voet.
Deze, mevrouw Aouda en Passepartout, stegen terstond in een
rijtuig. Fix liep het na en zag dat het weldra op de kade stilhield.
Op een halve mijl afstand van de kust lag de Rangoon voor anker; haar
vlag was ten teeken van vertrek boven in den mast geheschen. Het sloeg
elf uur, Fogg was dus nog een uur voor. Fix zag hem uit het rijtuig
stijgen en in een bootje gaan met mevrouw Aouda en zijn knecht. De
detective stampvoette.
"De deugniet!" riep hij, "hij reist toch weg! Twee duizend pond
opgeofferd! Hij is zoo verkwistend als een dief. Ik zal hem toch
in mijn macht krijgen, al was het ook aan het einde van de wereld;
maar als hij zoo voortgaat, zal ik al het geld van den diefstal er
bij inschieten."
De inspecteur van politie was geheel ter prooi aan deze gedachten. En
waarlijk sedert hij Londen had verlaten, had Phileas Fogg, zoowel aan
reiskosten als fooien, den koop van den olifant, de borgtochten en de
boeten, reeds meer dan vijfduizend pond besteed en de zooveel percent
van de teruggevonden som, welke toegekend wordt aan den detective,
verminderde voortdurend.
ZESTIENDE HOOFDSTUK.
Waarin Fix het doet voorkomen niets te weten van de zaken, waarover
men hem spreekt.
De Rangoon, een der mailbooten van de P. en O. Compagnie, die de
Chineesche en Japansche zeeen bevaart, evenaarde de Mongolia in
snelheid, maar niet in goede inrichting. Mevrouw Aouda had hier
dan ook niet zulk een goede plaats bekomen, als Fogg wel gewenscht
had
|