van de eene boot
op andere te springen, en voor de zaak nog een aanvang had genomen,
kon hij reeds ver weg zijn.
Het noodzakelijkste was dus om de engelsche overheid te waarschuwen en
op den passagier van de Rangoon de aandacht te vestigen voor hij nog
aan land was. Niets nu was gemakkelijker daar de mailboot te Singapore
binnenliep, en Singapore stond in verbinding met de chineesche kust
door de telegraaf. Intusschen voor hij iets ondernam en om zekerder te
zijn, besloot Fix Passepartout eerst eens te ondervragen. Hij meende
dat het niet moeielijk zou zijn om den bediende aan het praten te
krijgen en besloot dus om zich aan hem bekend te maken. Er was niet
veel tijd te verliezen. Het was de 30ste October, en den anderen
morgen moest de Rangoon te Singapore het anker werpen. Fix dan ging
dien dag aan dek, met het plan om Passepartout het eerst en wel met
de grootste verbazing aan te spreken. Passepartout liep heen en weer
op het voordek, toen de inspecteur naar hem toesnelde, met de woorden:
"Wat, mijnheer? zijt gij op de Rangoon?"
"Mijnheer Fix aan boord!" antwoordde Passepartout zeer verrast, toen
hij zijn metgezel van de Mongolia herkende. "Hoe nu? gij verliet
mij te Bombay en ik ontmoet u weer op de reis naar Hong-Kong. Maar,
zeg eens, maakt gij ook de reis om de wereld?"
"Neen," antwoordde Fix, "ik ben van plan, om ten minste eenige dagen
te Hong-Kong te vertoeven."
"Zoo," antwoordde Passepartout, die een oogenblik verbaasd
scheen. "Maar hoe komt het dat ik u aan boord nog niet gezien heb
sedert wij Calcutta verlaten hebben?"
"Och, ik was een weinig zeeziek.... Ik ben daarom in mijne hut
gebleven.... Ik schijn beter tegen de lucht der Indische zee te kunnen
dan tegen die van de Golf van Bengalen. Hoe gaat het uw meester,
Phileas Fogg?"
"O uitnemend, en altijd even precies als zijn reisboek! Geen dag te
laat! Maar mijnheer Fix, gij weet zeker nog niet dat wij nog eene
jonge dame bij ons hebben."
"Een jonge dame?" herhaalde de inspecteur, die volstrekt niet scheen
te begrijpen wat de andere bedoelde.
Passepartout had hem spoedig op de hoogte van de zaak gebracht. Hij
vertelde wat er in den afgodstempel te Bombay voorgevallen was, het
aankoopen van den olifant voor twee duizend pond en de geschiedenis met
de sutty, de schaking van Aouda, de veroordeeling door de rechtbank
te Calcutta en de invrijheidstelling onder borgtocht. Hoewel Fix het
laatste gedeelte er van kende, nam hij toch den schijn aan
|