FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   9   10   11   12   13   14   15   16   17   18   19   20   21   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33  
34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   >>   >|  
En ik zocht eens in het zootjen Dat ik erfde van mijn grootjen; Maar het sticht niet hier op straat, Ook herken je mij al, maat! Ai, hoe ging het met het visschen? Greep je een walvisch bij de klissen? Heb je er zeven t'huis gebragt? Zie ik droomde 't menig nacht. Stil, stil! guitjen, stil! Scheld het voor geen malle gril, Mogt je beeld niet bij me wezen, Als ik jou planeet moest lezen, Voor je vrijsterken, mooi-Aagt, Daar je mij niet eens naar vraagt! 't Is een jeugdje van een meisjen; Zoen je haar nog wel een reisjen? Komt er van je hijlik wat? 'k Wou dat ik haar jaren had, Maat! ik bleef al even pover, Maar jou diefzak vloeit wis over Van dukaten, flinke Louw! Wel, hoe heb ik het met jou? _Louw._ Wijf, wijf! weergaasch wijf! Te olijk hadt je mij bij 't lijf: Toen ik, in de boot gesprongen, Beertjen met zijn beide jongen Uit de schotsen duiken zag, Riep ik: "Komt maar voor den dag!" Wou ik haan de voorste wezen, Want je zei 'k had niets te vreezen; Maar, wat meenje? met zijn klaauw Bragt hij deerlijk mij in 't naauw, En ik zwoer je zoudt het boeten. Hola hei! niet uit de voeten, Ik ben nog aan 't einde niet Van mijn amuletties-lied. Erg, erg, eens zoo erg Ging 't me bij den Spitsenberg: Kijk, daar kwam een walvisch boven, En de twee fonteinen stoven, En de harpoenier kreeg prik, "Vrij," zoo dacht ik, "vrij loop ik." Fut! toen hij zijn staart maar zwaaide, Was 't of aarde en hemel draaide; Vloekte ik jou niet als de pest, Weet, ik lag ook buiten west! Maar je vroegt straks naar mooi-Aagtjen: Hieldt je dan een oog op 't maagdjen? Voor den drommel, weergaasch wijf! Heb me nou niet weer bij 't lijf! _De Waarzegster._ Louw, Louw, flinke Louw! Als of ik je foppen zou! Wis, was jou de spreuk vergeten, Die de kroon zet op de keten: "Ebro--flavi--pactolus, Dolu--ico--avamus!" Hadt je dat er bij gepreveld, Beertjen had je niet gekneveld, En geen walvisch jou weerstaan; Zie me maar zoo vremd niet aan. Vraag het Marten, vraag het Flipjen, Nou al reeders op het tipjen, Of ooit lanspunt of harpoen Meer dan deze spreuk mogt doen.
PREV.   NEXT  
|<   9   10   11   12   13   14   15   16   17   18   19   20   21   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33  
34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   >>   >|  



Top keywords:

walvisch

 

spreuk

 

Beertjen

 

flinke

 

weergaasch

 

Vloekte

 

stoven

 

harpoenier

 
fonteinen
 

draaide


Spitsenberg

 

zwaaide

 
staart
 
amuletties
 

Waarzegster

 

weerstaan

 

Marten

 

gekneveld

 

gepreveld

 

avamus


Flipjen
 

harpoen

 

lanspunt

 
reeders
 

tipjen

 

pactolus

 

maagdjen

 

drommel

 

Hieldt

 

Aagtjen


buiten

 

vroegt

 

straks

 
vergeten
 

foppen

 
schotsen
 

planeet

 
vrijsterken
 
guitjen
 

Scheld


reisjen
 

hijlik

 
meisjen
 

vraagt

 

jeugdje

 

straat

 

herken

 

sticht

 
grootjen
 

zootjen