FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   >>  
en nog iets boven, ik stak nog een boek in mijn zak. Vader knoopte zijn overjas toe, zette zijn groote, zwarten vilt op en greep naar zijn wandelstok, den pelgrimstaf voortaan. Wij waren buiten. Vader sloot de deur en zorgzaam als altijd borg hij den sleutel alsof hij over een paar weken ons weer behouden terug ging brengen naar zijn huis. Hij zou die gesloten deur nooit meer openen weerom.... --"Wij zullen langs den boschkant gaan", zei hij, "dan ontkomen wij 't gewoel". Hij was de geleider die de wegen kende en hij ging voorop met zijn nog kloeken, vasten stap. De kleine karavaan volgde. Wij moesten nog een tijdje langs den steenweg. Het vluchten der honderdduizenden duurde daar maar aldoor voort. Strompelend spoedden de menschen den dreigenden avond in. Er reed een stootkar aan ons voorbij, waarboven, op een matras, een oude man bewustloos neerlag met een wasgeel onbewogen gelaat en toee oogen. Was het een stervende of reeds een lijk dat daar werd weggevoerd? Uit het duister van een groepje dennen klonken de snijdende hulpkreten vam eene vrouw in barensnood. Honden huilden naar den kwijnenden hemel en in de verte ging, zonder ophouden, het doffe brommen van 't kanon. Wij namen een zijweg langs den boschkant naast de Calmpthoutsche heide, die eindelooze heide waar ik zoo dikwijls, in den vroegen morgen, te paard was doorgedraafd en waar mijn oogen nu het "Huis ten Heuvel" zochten van mijn vriend Em. de Bom... Ik zag een groepje jonge antwerpsche schilders met pak en zak, de wijde rosse vlakte intrekken, in de richting van de Kambuis. In de verte staken nog de witte duintoppen omhoog in de laatste klaarte. Klein en hulpeloos was onze vlucht tegen de lage sparreboomen, waar de nacht reeds woonde. Soms glom een lichtje daar binnen van een vuurtje of een kaars en de omzittende menschen deden aan als roovers uit een angstige vertelling. Wij gingen door het mulle zand met de knerzelende mastspelden. In den staal-blauwen koepel, over de heide, ontvonkten de eerste starren. Ik dacht aan een Kerstnacht... wanneer, langs alle wegen, de volkeren op weg waren voor de optelling van Caesar Augustus. Reisden wij ook niet naar eene optelling van alle doolaards door de wijde wereld? De kleine koewachter had moeite om ons ezelken voort te drijven en wij moesten duwen soms aan het piepende karretje met onze pakken en het krankzinnig-lachende oude moederken. De grijze monnik met zijn zwarte pij en de afhangende kap schee
PREV.   NEXT  
|<   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   >>  



Top keywords:

kleine

 

boschkant

 

optelling

 

menschen

 

moesten

 

groepje

 

vlucht

 

laatste

 

omhoog

 

klaarte


hulpeloos

 

vuurtje

 

omzittende

 

roovers

 

binnen

 

lichtje

 

duintoppen

 

woonde

 
sparreboomen
 

staken


Heuvel

 
zochten
 

vriend

 

morgen

 

knoopte

 

doorgedraafd

 

richting

 

intrekken

 

Kambuis

 
vlakte

antwerpsche
 

schilders

 

vertelling

 

drijven

 
ezelken
 
piepende
 
moeite
 

doolaards

 
wereld
 

koewachter


karretje

 

pakken

 

afhangende

 

zwarte

 

monnik

 

krankzinnig

 

lachende

 

moederken

 

grijze

 

blauwen