einddoel als
verstandelijk en als willend wezen, niet gelijk de niet-redelijke
wezens, alleen geleid door een natuurlijken aandrang, en dus niet door
zijn natuur of een natuurwet; [172] weerlegt St. Thomas, door er op te
wijzen, dat elke daad van verstand of wil verband houdt met de
handelingen, die deze eigenschappen natuurlijk zijn. Het woord natuur,
zoo zegt hij, heeft meerdere beteekenissen. [173] Er kan door worden
bedoeld een zelfstandigheidsbeginsel;--de stof of de
zelfstandigheidsvorm; evengoed kan echter daardoor worden bedoeld elk
wezen, elke zelfstandigheid, en in dat geval bedoelt men, zoo men
spreekt over hetgeen natuurlijk is, daardoor datgene, wat een wezen of
ding van nature toekomt, en dat is hetgeen per se in dat ding is. Daarom
is het noodzakelijk, dat neemt men natuur in dezen zin, altijd het
beginsel van het waarom iets op een ding past, van nature zij; want men
moet zeggen, dat al hetgeen niet uit zich zelf in iets is, te herleiden
is tot iets dat, per se, uit zich zelf, in iets in "sicut in primum".
Het beginsel van al ons vrij willen, moet daarom iets zijn dat
"naturaliter" natuurlijkerwijze gewild wordt. Het is met ons willen
gelijk met ons denken; alle redeneering gaat uit van principen die
natuurlijkerwijze, St. Thomas wil zeggen "per se", ons bekend zijn, en
al ons verlangen naar hetgeen tot ons doel voert, berust op het
natuurlijke verlangen of willen van ons einddoel. Daarom is het noodig,
zegt St. Thomas, dat de eerste richting onzer handelingen geschiedde
door de natuurwet. [174]
Deze oplossing van de genoemde moeielijkheid, verspreidt een eigenaardig
licht over St. Thomas' begrip omtrent de natuurwet, en wij zien reeds
eenigszins wat St. Thomas zal antwoorden op de kwesties, die hij zich
zelf een weinig verder stelt: Wat is de natuurwet eigenlijk; welke zijn
hare voorschriften; vallen alle deugdzame handelingen onder de
natuurwet? [175]
De natuurwet is geen "habitus" in den eigenlijken zin des woords; het is
iets door het verstand opgemaakt, men kan zeggen "quod quis agit" en is
dus niet iets "quo quis agit" gelijk de deugd. Het eerste voorschrift
der natuurwet is, dat men het goede moet doen en nastreven, het kwade
echter moet laten; al wat immers handelt, handelt voor een doel, dat
een goed is; (qui habet rationem bonis) "et ideo primum principium in
ratione practica est quod fundatur supra rationem boni". [176]
Op dit eerste voorschrift der natuurwet berusten al de andere; dat
|