FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   100  
101   102   103   104   105   106   107   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   120   121   122   123   124   125   >>   >|  
el, komt niet in zijn gedachte op. Zij zijn nuttig ja, maar noodig? Wat is noodig, wat is goed of kwaad? Alleen wat aan het individu als redelijk en sociaal wezen past, dat is verstandig, met oordeel handelen en welwillend, niet ten nadeele handelen der anderen, hun niet ontnemen wat zij hebben. Al is de staatgemeenschap, eenmaal aangenomen dat de menschelijke natuur zoodanig is, een voor den mensch noodzakelijk iets, hieruit volgt voor de scholastiek niet, dat de staat die werkelijk bestaat alle positief-rechterlijke elementen uitsluit. Neen. De mensch vindt in de burgerlijke gemeenschap een onmisbaar middel om tot zijn doel te komen, maar hij is vrij in deze of die burgerlijke gemeenschap in te treden. Wat de verhouding der afzonderlijke personen betreft, ten overstaan der gemeenschap of der, het gemeenebest vertegenwoordigende overheid, volgens de Groot is deze rechtsverhouding af te meten naar het contract, dat bestaat tusschen de individuen en het geheel of tusschen afzonderlijke personen en de overheid. Dat het zoodoende mogelijk is, dat een volk totaal dienstbaar is aan zijn vorst, is duidelijk. Het overheidsgezag kan zijn alleenlijk ter wille der overheid, en niet ter wille der ondergeschikten; alhoewel dit niet in den regel het geval zijn zal, zoo zegt hij. Niet uit een overeenkomst of een contract leidt St. Thomas de rechtsmacht van den staat af en de plichten der onderdanen tegenover de gemeenschap, maar uit het wezen of den aard der burgerlijke societeit, die vast omschreven is voor hem, wijl zij is een natuurlijk en geen willekeurig iets; wijl de staat een door 's menschen natuur onafhankelijk van zijn vrijen wil aangegeven en daarom bepaald middel is tot zijn doel. [204] De mensch is voor St. Thomas een pars, een deel der gemeenschap; het deel is onvolmaakt ten overstaan van het geheel, en zoo is de mensch voor de societeit; en daarom kan hij ter harer wille worden opgeofferd, zoo het noodig is, voor het welzijn van het geheel. Van den anderen kant echter is de mensch een persoon, die blijft, zich niet verliest in de gemeenschap. De gemeenschap is middel voor den mensch en de mensch middel voor de gemeenschap, doch niet geheel en al terwille der gemeenschap alleen bestaat hij, gelijk de redelooze wereld alleen voor den mensch. Daaruit volgt nu, dat het staatsgezag niet kan zijn ten bate der overheid, maar dat alle gezag, is ter wille der onderdanen in hun geheel, het goed zijn van alle onderges
PREV.   NEXT  
|<   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   100  
101   102   103   104   105   106   107   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   120   121   122   123   124   125   >>   >|  



Top keywords:

gemeenschap

 

mensch

 

geheel

 

overheid

 

middel

 

bestaat

 

noodig

 

burgerlijke

 

overstaan

 

personen


natuur
 

afzonderlijke

 

societeit

 
daarom
 
Thomas
 
handelen
 

alleen

 
tusschen
 

onderdanen

 

anderen


contract

 

plichten

 

natuurlijk

 

tegenover

 

omschreven

 

rechtsmacht

 

overeenkomst

 

bepaald

 

terwille

 

verliest


echter
 
persoon
 
blijft
 

gelijk

 

redelooze

 

onderges

 

staatsgezag

 

wereld

 
Daaruit
 
onafhankelijk

vrijen

 

menschen

 
willekeurig
 

aangegeven

 
alhoewel
 

worden

 
opgeofferd
 

welzijn

 

onvolmaakt

 
gemeenebest