titia, etc. disp. 10 sect. 2 n deg. 58.--St. Thom.
1a 2ae q. 95. art. 1.
Zie over straf. St. Thomas 1a 2ae q. 87. Cathrein o. c. d. 2. blz.
632--33.
[206] W. Dilthey. Naturl. System d. Geisteswissensch. im 17 Jahrh.
Archiv. f. Geschichte d. Philos. d. 6 blz. 256.
[207] Geb. 1554. De Justitia et jure libri IV.
[208] Hely. Etude sur le droit de la guerre de Grotius. Dezelfde
uitdrukkingen als St. Thomas gebruikt de Groot. Zie bijv. de S. c. G. l.
3 c. 129: Ea igitur sine quibus societas humana conservari non potest
sunt homini naturaliter convenientia.
[209] o. c. blz. 43.
[210] De Jure B. ac P. prol. 52.
[211] Epistol. 1 ad Benj. Maurerium, Grotius et aliorum Dissert. etc.
blz. 5. Elzevier. Amsterdam 1645.
[212] 15 Oct. 1623. Epist. ad Gallos.
[213] Huigh de Groot. Josef of Sofompaneas. Treurspel vertaeld door J.
v. Vondel Amsterd. Jac. Thomasz. Sergeant 1636. Voorrede.
Wij hebben het Latijn niet al te dicht willen op de hielen volgen, noch
ook te verre van onzen treffelycken voorganger afwijcken. Maer of wij
hier in de rechte mate houden, dat zal het Groote Vernuft (na veele
rampen en wederwaerdigheid tot de waerdigheid van koningklijcke
gezantschap verheven en verheerlijckt, en met gewightige Rijcxzaecken
beslommert) kunnen oordeelen, wanneer het zich gewaerdige onze
Neerlandschen Sofompaneas, in zijn stamelen te berispen, en hem zoo
volmaeckt in Duitsch als in Latijn te leveren, en wij zullen zijn
oordeel als een orakel opneemen, en wenschen dat d'almachtige hem lange
spare, en in zyn doorluchtigh ampt zegene met wijsheid en
kloeckhartigheid, tot eere van Neerland, vereeniging der geheele
christenwereld, ende genoegen van veel duizend eerlijcke zielen, die hem
hartelijcke liefde toedraegen.
[214] Deze was volgens Holtzendorf--Handbuch des Volkenrechts blz. 397.
Nota Rivier--Pastoor te 's Hertogenbosch en schreef een werk, de bello
justo et licito, in 1514 te Antwerpen gedrukt.
[215] Deghene, welcken sommieren van de gevallen, der conscientie, zoo
zij die noemen, hebben gemaeckt, hebben ghelijck van andere saken, alsoo
mede van oorloghe, van beloften, van den eets, van represalien, eenighe
capittelen gesteld. Ick hebbe ook eenighe eighen boecken van 't recht
der oorloge ghesien, ten deele geschreven van theologanten, als van
Franciscus Victoria, Henricus Gorichemus, Wilhelmus Mathaei, Johannes
van Carthagena.... ten deel mede van doctoren in de rechten als Johannes
Lupus, Franciscu
|