FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72  
73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   >>   >|  
en aan de onvergankelijkheid uwer min.--De menschen vervolgen mij als eenen gevloekte; het bloed, dat gij nog op mijnen hals ziet druipen, is gestort door hunnen boozen haat; maar dit ware niets, mijne lieve, o neen, ik zou geene enkele klacht voortbrengen, indien mijn lichaam tusschen twee steenen verpletterd werd,--maar de pijn,--de foltering zit daar!" Hij bracht den vinger op zijn bleek voorhoofd, terwijl hij dus voortging: "Weten, dat men het zuiverste leven, met de grootste goedhartigheid, door iedereen bespot, geslagen en gehaat moet worden,--zonder ooit, ooit, door welke edelmoedigheid het zij, iets anders dan slijk in het aangezicht te krijgen. O, engel van goedheid, verstaat gij, dat dit meer is dan ik kan dragen, en dat mijn hart droog wordt bij die pletterende overtuiging?" "Dit heb ik lang verstaan," zuchtte Lina door hare tranen. "Zijn uwe pijnen niet in mijn hart? Komt er droefheid op uw gelaat, zonder dat mijn oog zich met het bitter water der smart bevochtige?..." Geeraart hield een oogenblik op van spreken, om zijne vriendin te hooren, doch vervolgde zonder van zijne eerste rede af te wijken: "Wij hebben ons gevleid met de hoop, dat een onverwacht voorval mij van het beulsambt zou bevrijden, en dat wij dan gerust en onbekend in eene andere stad zouden hebben kunnen wonen; maar eilaas, lieve Lina, wij hebben gedroomd. Het noodlottig uur is gekomen,--morgen, ja reeds morgen zult gij uwen ongelukkigen Geeraart met het moordzwaard in de vuist op het schavot zien. Daarom is de hand, die den doodslag geven moet, koud als ijs.--Daar, voel!" En hij reikte eene lijkvervige hand aan zijne vriendin. "Mijn vader ligt ziek te bed," voegde hij er bij, "en de Schout heeft mij bevolen, morgen den schipper Herman te rechten!" Alsof de zielskracht van Geeraart waarlijk in Lina ware overgegaan, hielden hare tranen eensklaps op van vlieten, en hem beziende met blikken, die nog strakker dan de zijne waren, vroeg zij: "Welnu, wat eischt gij dan?" "Ik eisch, dat gij mij vergeet en mij alleen aan de smart en aan de verachting overlaat. O, Lina, geef mij dien troost!" "Weegt mijne liefde u zwaar, Geeraart? Zou uw hart voor dit gevoel ook droog geworden zijn?" "Neen, vriendinne; maar iets anders doet mij een eeuwig afscheid van u vragen;--gij hebt uw jong leven onder den smaad en de beschimping der andere menschen om mijnentwil versleten, en gij hebt den zoon van eenen beul met uwe liefde bedekt, om
PREV.   NEXT  
|<   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72  
73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   >>   >|  



Top keywords:
Geeraart
 

morgen

 
zonder
 

hebben

 
tranen
 
anders
 
menschen
 

andere

 

vriendin

 

liefde


kunnen

 

reikte

 

noodlottig

 

onbekend

 

gedroomd

 

gerust

 

eilaas

 

lijkvervige

 

schavot

 

zouden


ongelukkigen

 

moordzwaard

 

Daarom

 

gekomen

 
doodslag
 
zielskracht
 

gevoel

 

geworden

 

overlaat

 

verachting


troost

 
vriendinne
 
versleten
 

mijnentwil

 

bedekt

 

beschimping

 

afscheid

 

eeuwig

 

vragen

 
alleen

vergeet
 
rechten
 

bevrijden

 

waarlijk

 
overgegaan
 

Herman

 

schipper

 

voegde

 

Schout

 
bevolen