FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74  
75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   >>   >|  
nmogelijk; hij zag met verdwaaldheid dit kind, dat zich zoo edelmoedig voor zijn welzijn opofferde en zich voor hem aan den smaad en de schande wilde ten prooi geven. Ditmaal schetste een waar geluk zich op zijn gelaat, en een zware zucht ontlastte zijne borst. Hij hief de oogen ten hemel en riep: "O, God, vergeef mij: ik dorst mij tegen U beklagen, en Gij hebt mij eenen uwer engelen geschonken." Lina voelde zich bij dit dankbaar gebed veredeld; men kon op haar voorhoofd het rood der zedigheid en in hare oogen het vuur der trotschheid zien blinken. Gedurende den tijd, welken de twee gelieven aan die samenspraak gesleten hadden, was Frans met werken voortgegaan, zonder veel acht op zijne zuster en Geeraart te geven; doch nu zijn naaikussen afgemaakt was, begon het waken hem schrikkelijk te vervelen. Met zijne lamp tot bij Lina komende, sprak hij: "Sa, Lina, ik heb grooten vaak en zou gaarne gaan slapen. Gij moest aan Geeraart zeggen, dat hij morgen wat vroeger kome." Ofschoon Geeraart nog veel aan zijne vriendin te zeggen had, wilde hij echter den goeden Frans zijne nachtrust niet ontrooven; hij nam zijnen hoed, en zich bereidende om uit te gaan, zeide hij: "Frans, ik moet morgen op het schavot een mensch het hoofd afslaan." "Pas maar op, Geeraart," antwoordde Frans met ongevoeligheid, "want zoo gij misslaat, wordt gij dood geworpen gelijk de beul Harmen; maar dan zal ik u bijstaan." De jonge scherprechter bezag Lina met diepe droefheid en ging naar de deur om het meisje te verlaten, eenen traan uit zijn oog vegende. Zij wierp zich om zijnen hals en sprak de volgende woorden op nadrukvollen toon: "Op het galgeveld zal ik bij het schavot staan ... bezie mij dan wel!" En zij hoorde, met weenende oogen en benepen hart, de stappen van haren minnaar in de straat galmen en vergaan. II Toen de slaapzieke Frans zoo onverwachts het gesprek der twee gelieven verbrak, had Geeraart aan zijne Lina het eeuwige vaarwel niet meer herhaald, willende haar meer pijnen sparen; desniettemin scheen dit vaarwel aan den jongen beul onwederroepelijk, want hij had het vast en onwrikbaar besluit gevormd, het zuiver en edelmoedig meisje nimmer aan zijn schandig lot te verbinden. Met onzekere, doch snelle stappen doorliep hij de straten, die van de Vlierstege naar zijne woning leidden, kwam eindelijk, eer hij het nog bemerkte, bij de Stadvest en klopte aan eene deur, die bij klaren dag, door hare bloedroode ve
PREV.   NEXT  
|<   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74  
75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   >>   >|  



Top keywords:
Geeraart
 

vaarwel

 

gelieven

 

stappen

 

meisje

 
zijnen
 
schavot
 

zeggen

 

morgen

 

edelmoedig


woorden

 
bemerkte
 

nadrukvollen

 

droefheid

 

leidden

 

verlaten

 

eindelijk

 

vegende

 

Stadvest

 

volgende


scherprechter
 

geworpen

 

gelijk

 
bloedroode
 
misslaat
 
Harmen
 
klaren
 

klopte

 

bijstaan

 

galgeveld


gevormd

 
besluit
 

onverwachts

 

onwrikbaar

 

slaapzieke

 
straat
 

galmen

 

vergaan

 

gesprek

 
willende

pijnen

 

scheen

 

sparen

 
herhaald
 

jongen

 

verbrak

 

onwederroepelijk

 

eeuwige

 

minnaar

 
zuiver