FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   101   102   103   104   105   106   107   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   120   121   122   123   124   125  
126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   >>   >|  
waad, als of gy u door Frits naar de kerk liet brengen. Van het kwade spreken wy ook niet: al, wat dien naam verdient, is beneden u; dat weet ik zeer zeker: maar zo gy waarlyk myne Dochter waart, dan zou ik u, a1 wat u geen goed gerucht door uwe vyanden kon geven, u volstrekt verbieden: _Het heeft immers zulk een haast niet, zoude ik zeggen myn Heer; myne Dochter zal, met haar Voogd Blankaart, die haar dit belooft heeft, den een of andren dag dat vermaakje wel eens nemen._ Gy waart ook buitengemeen vriendelyk tegen hem. _Ik._ Hy wordt, buiten zyn weten, om mynent wil beledigt; en dat valt my te zwaar, om hem, ook buiten zyn weten, daar geene vergoeding voor te doen: doch, zo uw mishagen gegront is, wel, gy zyt meestresse van uw huis; wagt hem nooit meer af. _Juffrouw Buigzaam._ Ik wagt hem nooit af. Hy is een fatsoenlyk man, ik kan my, op zo eene directe wys, van myn recht als Meestresse ook nog al zo niet bedienen: maar indien gy, ten zynen opzichte, minder gemeenzaam waart; indien gy, als hy inkwam, opstondt, onder het een of ander voorwendzel, en voornam, altoos te bedanken voor alle zyne aanbiedingen, dan zou de Heer R. wel dra verdwynen, en ons geen verschilstoffe aan de hand geven. _Ik._ Daar toe heb ik geen reden; en dewyl ik hem niet anders ken dan voor een fatsoenlyk, aangenaam man, die zich een eere maakt in my plaisier te doen, kan ik daar niet toe besluiten: indien ik den Heer Edeling beminde, indien ik hem eenige hoop gaf op myne bezitting, dan was het eene andere zaak; en ik zou dan juist doen, zo als gy nu van my eischt, dat ik doe. _Juffrouw Buigzaam._ Ik eisch het niet van u; uw eigen geluk, uwe achting voor u zelf, uwe achting voor den Heer Edeling, eischen dit. _Ik_ heb niets te eischen: al wat ik doen kan, is u ten besten raden, en dat doe ik waarlyk: gave de Hemel, dat myne zorg voor u geheel nodeloos was! want, hoe het ook ware, uw ongeluk zou myn hart doen bloeden. Ik bemin u, myn kind: ik zie zo veel goeds in u; uwe dwaasheden zelf groeijen op den besten grond. (_Ik weende._) _Ik._ Dierbare Vrouw! vergeef my deeze eene reis myne verkeerde losse toegeventheid! Nooit, nooit zal ik weer bedroeven, gy zult alle myne daaden en gedagten regelen; ik zal den Heer Edeling recht doen. Ik heb dit alles zo niet beschouwt, o! Wat zou ik ongelukkig zyn, zo ik u verloor! Dat zie ik meer en meer; maar ik zal alles vergoeden; ik zal met u, en met Letje huisselyk leven; wy zullen niet dan met Edeling, o
PREV.   NEXT  
|<   101   102   103   104   105   106   107   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   120   121   122   123   124   125  
126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   >>   >|  



Top keywords:
indien
 

Edeling

 

eischen

 

besten

 
buiten
 

achting

 
Juffrouw
 

Buigzaam

 
fatsoenlyk
 
Dochter

waarlyk

 

brengen

 

geheel

 

nodeloos

 

besluiten

 
spreken
 
beminde
 

plaisier

 

aangenaam

 
eenige

eischt

 

andere

 

bezitting

 

bloeden

 

gedagten

 

regelen

 

beschouwt

 

daaden

 
bedroeven
 
huisselyk

zullen

 
vergoeden
 

ongelukkig

 

verloor

 

toegeventheid

 

dwaasheden

 

groeijen

 
verkeerde
 

vergeef

 
weende

Dierbare

 

ongeluk

 

mishagen

 
immers
 
vergoeding
 

gegront

 

vyanden

 

gerucht

 

volstrekt

 

meestresse