FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149  
150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   >>   >|  
eren;--gelukkig kwam ik met mijne linkerzijde tegen de rots terecht, waar mijne kleederen aan vasthaakten: ik tuimelde achterover op de sneeuw, dadelijk gevoelende dat mijn val gebroken was. Bij geluk was mijn hoofd naar de goede zijde gewend; met stuipachtige krachtsinspanning klemde ik mij aan de oneffenheden en punten der rots vast, en kon mij eindelijk ophouden aan den benedensten ingang der spleet, juist aan den rand van den afgrond. Mijn hoed, stok en sluier schoten in volle vaart langs mij heen en verdwenen in den afgrond; en toen ik de rotsbrokken, die ik in mijn val had losgestooten, beneden op den gletscher in scherven hoorde springen, besefte ik eerst recht aan welk ontzettend gevaar ik als door een wonder ontkomen was. Inderdaad had ik, in zeven of acht buitelingen, een afstand afgelegd van ongeveer zestig el. Ware ik nog drie el verder gevallen, dan zou ik onfeilbaar, met een enkelen sprong, ter hoogte van tweehonderd-vijftig el, op den gletscher zelven zijn te pletter gestort. "Toch was de toestand, waarin ik mij nu bevond, alles behalve geruststellend. Ik kon geen oogenblik de rots, waaraan ik mij vastgeklemd had, loslaten, en ik bloedde uit meer dan twintig wonden. De gevaarlijkste waren die aan mijn hoofd, en vergeefs trachtte ik met de eene hand het bloed uit die wonden te stelpen, terwijl ik mij met de andere aan de rots vasthield. Al mijne pogingen waren vergeefs: bij iederen polsslag vloeide het bloed mij over het gelaat en maakte mij het zien bijna onmogelijk. Eindelijk was het alsof ik eene ingeving kreeg: met mijn voet woelde ik een klomp sneeuw los, die ik nu, bij wijze van pleister, op mijn hoofd legde; het middel baatte, want de bloedvloeiing verminderde aanstonds. Nu begon ik onmiddellijk naar boven te klauteren, en nog juist bij tijds bereikte ik een veiliger plek, waar ik in zwijm viel. Toen ik weder bij mijzelven kwam, ging de zon onder, en eer het mij mogelijk was den Grooten Trap af te dalen, was het volkomen duister geworden. Doch met de uiterste voorzichtigheid mocht het mij, dank zij mijn goed gesternte, gelukken naar Breuil af te dalen, zonder uit te glijden en zonder mij een enkele maal in den weg te vergissen: Breuil ligt evenwel zeventien-honderd el lager dan de Groote Trap. "Beschaamd over den toestand, waarin mijne eigene onhandigheid mij gebracht had, sloop ik stilletjes langs de hut der koeherders, die ik hoorde lachen en praten, heen, en trad haastig de herberg binnen,
PREV.   NEXT  
|<   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149  
150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   >>   >|  



Top keywords:

hoorde

 
gletscher
 

afgrond

 

waarin

 

Breuil

 

zonder

 
wonden
 
toestand
 

vergeefs

 

sneeuw


verminderde

 

aanstonds

 

middel

 

baatte

 

onmiddellijk

 
bloedvloeiing
 

veiliger

 
klauteren
 

pleister

 

bereikte


vloeide

 

terecht

 

gelaat

 
maakte
 

polsslag

 

iederen

 

andere

 

vasthield

 
pogingen
 

woelde


mijzelven

 

ingeving

 
onmogelijk
 

Eindelijk

 

Groote

 

Beschaamd

 
eigene
 
honderd
 

zeventien

 

vergissen


evenwel
 

onhandigheid

 

gebracht

 

haastig

 

herberg

 

binnen

 

praten

 
lachen
 

stilletjes

 
koeherders