n heer Crook,
die zijne plannen doorzag en zooveel mogelijk tegenwerkte. De brave
zendeling zou als het slachtoffer van dezen booswicht gevallen zijn,
indien hij zich niet bij tijds had kunnen redden aan boord van een
engelsch vaartuig, dat in de haven verscheen.
Na eenige vergeefsche pogingen om zich op Noekoe-Hiwa en Oea-Poe
te vestigen, keerde de heer Crook naar Sydney terug, waar hij
rustig leefde. Maar eenige jaren later verscheen hij andermaal op
de Markiezen-eilanden. Ditmaal had hij vier onderwijzers, van Tahiti
geboortig, bij zich, die in dienst der zending stonden, en die, beter
bekend met de taal en de gewoonten der inlanders, naar men hoopte
ook meer ingang bij hen zouden vinden en krachtiger werken tot hunne
bekeering. Doch ook thans werd de verwachting van den volijverigen
zendeling teleurgesteld. De onderwijzers, die zich op het eiland
Tauata hadden nedergezet, moesten weder naar hun land terugkeeren,
waarheen de heer Crook hen reeds was voorgegaan.
In 1804 vertoefde de russische reiziger Krusenstern een geruimen tijd
te Noekoe-Hiwa, met zijne beide schepen, de Nadeshda en de Newa. Hij
vond op het eiland een Franschman en een Engelschman, die elkander
vooral met geene mindere verbittering bestreden, dan destijds de twee
natien waartoe zij behoorden.
In 1813 liep de amerikaansche commodore David Porter de baai van
Taio-Hae binnen, met zijne twee schepen de Essex en de Essex-junior,
en met de schepen, die hij op zijn kruistocht door den Stillen-oceaan
op de Engelschen had buit gemaakt. De gelegenheid scheen hem gunstig
voor de vestiging van een soort van arsenaal of station. Hij nam
bezit van Noekoe-Hiwa in naam der Vereenigde-Staten.
Het Congres wilde echter aan de zaak geen verder gevolg geven. De
commodore verliet Taio-Hae, om zijn kruistocht te hervatten; hij
liet eene zwakke bezetting achter; maar ten gevolge van allerlei
moeilijkheden en herhaalde gevechten met hunne engelsche gevangenen
en met de inboorlingen, zagen de Amerikanen zich genoopt, hunne
nederzetting te Taio-Hae te verlaten.
In 1835 werd Noekoe-Hiwa bezocht door een Franschman, den baron
Thierry, die zichzelven tot koning van het eiland proklameerde, en die,
als een teeken van zijne kortstondige koninklijke waardigheid, aan
een jeugdigen wilde, Vavanoeha genaamd, het volgende wonderlijke stuk
ter hand stelde, dat later door kapitein Jacquinet, tijdens het bezoek
der korvetten de Astrolabe en de Zelee, gevonden en bewaard werd.
|