en had de Vaudreuil het anker weer gelicht,
om koers te zetten naar Hiwa-Oa, het grootste en volkrijkste der
eilanden van dezen archipel.
Na den nacht op zee te hebben doorgebracht, werpen wij den volgenden
morgen het anker uit in de baai Hanamenoe, nabij den westelijken
uithoek van het eiland gelegen. De baai is in twee kommen verdeeld door
een groote, vooruitspringende zwarte rots, die, uit de verte gezien, op
een reusachtigen toren gelijkt. Op den top van dit rotsige voorgebergte
zien wij enkele woningen. De stammen, die de omliggende landstreek
bewonen, zijn met elkander in oorlog gewikkeld: de kommandant heeft
in last, hen met elkander te verzoenen, en vrede en orde te herstellen.
Eenige Kanaks dalen van de hooge, loodrechte rotsen af, waarbij zij
eene bewonderenswaardige vlugheid, kracht en behendigheid ten toon
spreiden. Sloepen en prauwen voeren nu welhaast de opperhoofden der
strijdende stammen bij ons aan boord, waar de kommandant hun eene
scherpe berisping toevoegt, die door den officieelen tolk, den mutoi
van Taio-Hae, in de landstaal wordt overgebracht. Het einde is, dat
de vijanden elkander de hand reiken, en met groot welbehagen eenige
geschenken ontvangen, die de kommandant hun van wege de fransche
regeering laat ter hand stellen.
Terwijl deze verzoening plaats greep, bezochten enkele eilanders
het schip, in gezelschap van hunne vrouwen. De jongsten van deze
vrouwen mogen betrekkelijk schoon heeten. Zij zijn kort van gestalte
en gezet, maar haar embonpoint heeft niets terugstootends; haar
vormen hebben er niet door geleden, en in haar geheele voorkomen
hebben zij eene groote mate van natuurlijke bevalligheid. Zij zijn
er aan gewoon, Europeanen te ontmoeten, daar de baai zeer dikwijls
door de walvischvaarders wordt bezocht. Haar hartstocht voor tabak
grenst bijna aan het ongeloofelijke; eene van haar haalt aanstonds
haar pijp voor den dag, en vraagt ons om tapaka. Het lichaam van de
meesten dezer vrouwen is met eka-moa geel geverwd: dit geschiedt,
naar men wil, zoowel om tegen de steken der muskieten gewaarborgd te
zijn, als om de huid lenig en blank te maken.
Nadat de conferentie op het dek is afgeloopen, dalen al deze bezoekers
weer in de schuiten en prauwen af, en keeren zeer in hun schik naar
het strand terug.
De bewoners van den archipel hebben van de Europeanen de noodlottige
kunst geleerd, om uit de bloesems van den kokosboom een soort van
brandewijn te bereiden. Zij gaan zich nu telkens
|