eindelijk wel bekennen, dat hij
heelemaal niets wist van verlenging of verkorting. Hij vroeg dus of hij
hem de beteekenis van die woorden eens wilde uitleggen. Daarop zei de
priester: "Hoewel ik weet dat ik tot iemand spreek die er meer verstand
van heeft dan ik, zal ik het toch doen, omdat gij 't mij vraagt.
Menschen die hun geheele leven aan deze heilige kunst hebben besteed,
doen op tweeerlei wijze de gedaante der stoffen veranderen: de eene is
de kortste manier, maar is ook een klein beetje gevaarlijk; de andere is
wel de langste, maar is daarentegen veel veiliger. Nu noem ik mij
ongelukkig, omdat ik tot nog toe alle moeite heb gedaan op een manier
die mij tegen de borst stuit, en ik heb tot nog toe niemand kunnen
vinden, die mij den tweeden weg kon wijzen, dien ik zoo zielsgraag zou
inslaan. Eindelijk gaf God mij de gedachte in, mij tot u te wenden, een
man even geleerd als vroom. Geleerdheid staat u ten dienste om zonder
bezwaren te geven wat ik van u vraag: uw vroomheid zal u wel aandrijven
om een broeder te helpen wiens redding gij in uw hand hebt." Om kort te
gaan: toen de oude slimmerd door dergelijke praatjes elke gedachte aan
bedrog van zich had afgewend en bij Balbinus 't vertrouwen had gewekt,
dat hij dien eenen weg op zijn duimpje kende, popelde Balbinus' hart
reeds geruimen tijd van verlangen. Eindelijk hield hij zich niet in en
zei: "Laat die verkorting, waarvan ik zelfs den naam nooit gehoord heb,
laat staan dat ik ze ken, naar den drommel loopen! Zeg me, op uw
eerewoord: verstaat ge de kunst van die verlenging ten volle?" "Nou,"
zei de ander, "op mijn duimpje: maar die lange duur verveelt me danig."
En toen Balbinus vroeg hoeveel tijd er wel voor noodig was, kreeg hij
ten antwoord: "Heel wat: bijkans wel een vol jaar. Maar intusschen is 't
de meest veilige manier." "Heb maar geen bezwaar," zei Balbinus; "ook al
waren er twee jaren mee gemoeid. Als je maar op je kunst vertrouwt." Om
nu de zaak in enkele woorden samen te vatten: ze kwamen overeen dat zij
de zaak in het geheim in 't huis van Balbinus zouden aanpakken, op deze
voorwaarde: dat de een het werk zou doen, terwijl Balbinus de kosten zou
dragen. De winst zou eerlijk verdeeld worden, ofschoon de bedrieger
kwanswijs in alle bescheidenheid zeide, al het voordeel aan Balbinus te
willen overlaten. Van beide kanten deed men een eed dat men de zaak stil
zou houden, zooals zij altijd doen die in geheime plechtigheden worden
ingewijd. Nu wordt onmiddellij
|