FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155   156  
157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   179   180   181   >>   >|  
ben je klaar?" sprak hij den binnentredenden Oblonsky aan: "zoudt ge nu het avondeten niet willen gebruiken?" "Dat lijkt mij goed toe! 't Is verwonderlijk, welk een eetlust ik hier buiten heb! Waarom heb je Rjaebinin niets gepresenteerd?" "De duivel hale hem!" "'t Is erg zooals ge met hem omgaat! ge hebt hem niet eens de hand gereikt. Waarom zou men hem de hand niet geven?" "Ik steek ze mijn knecht ook niet toe, en die is honderd maal beter dan hij." "Gij zijt een reactionnair! Waar blijft dan de gelijkstelling van alle standen?" "Wie dat gaarne wil, mag zich gelijk stellen, wel bekome het hem! Mij stuit het tegen de borst." "Ik zeg, dat ge een volbloed reactionnair zijt." "Zoo? waarlijk? Ik heb er nooit over nagedacht, wat ik ben. Ik ben Constantin Lewin, verder niets." "Constantin Lewin, die slecht geluimd is," antwoordde Oblonsky glimlachend. "Nu ja, ik ben een beetje korzelig, maar waarom? Neem mij niet kwalijk: om je dommen verkoop...." Stipan Arkadiewitsch maakte een gebaar, als iemand, die onschuldig beleedigd is geworden. "Laat dat nu maar rusten!" sprak hij. "Wanneer is dat ooit anders geweest? Heeft men iets verkocht, dan is het altijd: 'Het was veel meer waard geweest,' en toch wilde niemand er meer voor geven.... Nu, ik begrijp het wel, je hebt iets tegen dien armen Rjaebinin." "Wel mogelijk. Maar waarom? Gij zult mij misschien een reactionnair of iets dergelijks noemen--maar het doet mij pijnlijk aan, als ik de allerwege om zich grijpende verarming van den adel zie, waartoe ook ik behoor, en waartoe te behooren ik mij, ondanks alle gelijkstelling der standen, zeer verheug. En deze verarming is geen gevolg van te groote weelde--dan was het niets, want het is een plicht van den adel voornaam te leven en adellijken alleen kunnen dat. Alom koopen de boeren veel goederen op. Daar zie ik ook niets in. De voorname heer acht zich te hoog iets te doen, de boer werkt en verdringt den luiaard. Dat is juist zooals het behoort. Maar het grieft mij, wanneer ik zie, dat de verarming dikwijls het gevolg is van, nu, ik zal maar zeggen: onnoozelheid. Hier koopt een Poolsche pachter van een dame, die te Nizza leeft, een prachtig landgoed voor den halven prijs; ginds wordt een akker, die tien roebels waard is, voor een roebel verpacht, en gij schenkt vandaag hier, zonder eenigen grond, dertigduizend aan een aartsschelm...." "Ja nu! moet men dan elken boom rekenen?" "Zeer zeker moet men reke
PREV.   NEXT  
|<   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155   156  
157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   179   180   181   >>   >|  



Top keywords:

reactionnair

 

verarming

 

geweest

 

waarom

 
gevolg
 

gelijkstelling

 

Oblonsky

 
waartoe
 

Waarom

 
Rjaebinin

standen

 
zooals
 

Constantin

 

kunnen

 
alleen
 

adellijken

 

goederen

 

koopen

 

boeren

 

ondanks


voorname

 

behooren

 

pijnlijk

 
grijpende
 

allerwege

 

behoor

 
verheug
 

weelde

 

plicht

 

noemen


groote

 

voornaam

 

pachter

 

verpacht

 
roebel
 

schenkt

 
vandaag
 

roebels

 

zonder

 
eenigen

rekenen

 

dertigduizend

 
aartsschelm
 

halven

 
landgoed
 

luiaard

 
behoort
 
grieft
 

wanneer

 
verdringt