FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61  
62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   >>   >|  
s hebben nagelaten. Hoezeer vroegere tijdsomstandigheden de instellingen dezer landen hebben veranderd, wij zijn toch altemaal van hetzelfde bloed: uwe voorouders en onze voorouders waren Kerels van eenen stam." "Het is waar, heer proost", murmelde de voorsehepen. "De Isegrims begrijpen ons daarom in denzelfden haat", ging Bertulf voort. "Poorters, Kerels, vrije mannen van binnen en buiten de steden, wil men doen bukken onder eene zelfde verdrukking. Slaan wij dus immer de handen te zaam en, waar het volk bedreigd wordt door degenen die niets beoogen dan al wat werkt of handel drijft in slavernij te dompelen, daar vinde het gevaar ons als broeders in dezelfde scharen!" "Zoo zal het zijn als de worsteling ooit uitbreekt", bevestigde de voorschepen. "Wij poorters, zijn allen uwe vrienden, gij weet het wel; en wij zullen u helpen tegen uwe vijanden, die ook de onze zijn." Hij reikte den proost tot vaarwel de hand. Bertulf vergezelde hem tot bij de deur, keerde dan terug naar de tafel en mompelde in gedachten: "Tancmar is in de stad! Wat komt hij er doen? En indien hij iets van het ontworpen huwelijk verneemt? Zijn zoon Ghijselbrecht heeft lang naar de hand van jonkver Placida gestaan. Gelukkig dat op dit oogenblik de beloftegift reeds moet aanvaard zijn en het dus geheel onwaarschijnlijk is dat Rijkaard Van Woumen nog op eene wederzijds bevestigde verbintenis kan terugkomen.... Maar Tancmar is zoo vol list en zoo bedrijvig!" Hij hief het hoofd op en zag Robrecht Sneloghe die met droef en spijtig gelaat te midden der zaal stond. "Nu, mijn neef, wat beduidt dit treurig aangezicht?" vroeg hij verwonderd en bekommerd. "Heeft jonkver Van Woumen uwe gift aanvaard?" "Ik heb mij nog niet bij haar aangeboden", was het antwoord. "Hoe, gij zijt nog niet in sher Rijkaards Steen[24] geweest?" riep de proost met verbazing uit. "Welk noodlottig beletsel hield u terug?" "Wees toegevend voor mij: laat mij afzien van dit huwelijk!" zeide Robrecht. "Onmogelijk, gij zijt zinneloos!" kreet de proost, die zich door zijne spijt liet vervoeren. Robrecht zou anders van niemand zulke harde woorden geduld hebben; maar hij onderstond deemoedig den uitval van zijnen ouden oom. "Ik bezweer u, heer oom", smeekte hij, "bij de gedachtenis mijns vaders, dien gij zoo liefhadt, dwing mij niet tot het aangaan dezer verbintenis!" "Zij is noodig tot het heil van Kerlingaland. De Isegrims bedreigen onze vrijheid." "Welnu, oom,
PREV.   NEXT  
|<   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61  
62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   >>   >|  



Top keywords:
proost
 

hebben

 

Robrecht

 

Tancmar

 

aanvaard

 
Bertulf
 
verbintenis
 

voorouders

 

Kerels

 

jonkver


Woumen

 
bevestigde
 

huwelijk

 

Isegrims

 

bekommerd

 

verwonderd

 

treurig

 

beduidt

 

aangezicht

 

terugkomen


wederzijds
 

geheel

 

onwaarschijnlijk

 
Rijkaard
 
bedrijvig
 
midden
 
gelaat
 

spijtig

 

Sneloghe

 

noodlottig


deemoedig

 
onderstond
 

uitval

 

zijnen

 

bezweer

 
geduld
 

niemand

 

anders

 

woorden

 
smeekte

gedachtenis

 

noodig

 

Kerlingaland

 
bedreigen
 

vrijheid

 

aangaan

 

vaders

 

liefhadt

 

vervoeren

 
geweest