FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   98   99   100   101   102   103   104   105   106   107   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   >>  
Tevergeefs smeekte Vermomde, dat de vuren van hem weggenomen mochten worden: Roodspeer wil het niet. Meer en meer openbaart Vermomde zich in zijn beleeringen, zooals de zon achter de donderwolken zich tracht door te breken tot een nieuw uitzicht op aarde. Vermomde verhaalt van de wonderen der wordende wereld, maar de wijsheid, die hij toont door dat alles te weten, doet hem aan Roodspeer niet kennen als de wijze God. Dan spreekt Vermomde van den wereldboom, van het geheimnisvolle werken des tijdeloozen Levens, van de goden, wier dagelijksche doen hij kent, van de paarden, waarop zij ter vergadering rijden aan Schrikesch' stam. Maar voor Roodspeer blijft Wodan Vermomde. Al meer openbaart Vermomde de geheimen van Godenland, zijn eigen land, beschrijft de burchten van de Asen, die hem allen bekend zijn,--doch Roodspeer herkent den Oppergod niet. Zelfs de zaal van Walhalla, Wodans zaal, zijn honden die hem altijd begeleiden, de raven, die hem op den schouder zitten of uitvliegen om te zien en hem te melden wat ergens ter wereld gebeurt, de helden-meisjes die er mede bieden, alles kent Vermomde als een, die het van nabij heeft gezien, maar de heilige openbaring dringt niet tot Roodspeer door. Zelfs de bekentenis van Vermomde, dat de Walhalla-meisjes ook hem den beker bieden, gaat Roodspeers hoofd voorbij. Dan noemt Vermomde zijn namen: het zijn de namen van Wodan,--doch slechts zijn woorden: "Vermomde was ik bij Roodspeer, nu ben ik Wodan geworden" slaan Roodspeer den schrik in het hart. Roodspeer staat op om Wodan van de vuren te bevrijden, maar het is te laat. Hij heeft de gunst van de goden verloren, is dronken van schrik, struikelt en doodt zich in zijn eigen zwaard: dat is de laatste bliksemstraal van het onweer. Agnar volgt Roodspeer op in de landen waar deze koning was. Agnar, die eens den regen had gegeven als een verfrisschenden drank, is hier nevengestalte van Wodan, zon. Aan hem geeft Wodan de heerschappij voor zeer langen tijd. Die lange tijd is de zomer, waarin de zon en de warmte heersenen. Reeds roept Wodan de goden op om het oogstfeest te gaan vieren. _Egir_ is de god van de zomerzee, maar Hymir, (Gymir) de winterzeegod, regeert nog over het water: Egirs ketel is in Hymirs macht. Beiden, Egir en Hymir, zijn dezelfde reuzengod, lager in rang dan de Asen, en voorgesteld als twee personen. Hymir, de winterzeegod, is de zoon van de vrouw met negenhonderd hoofden--het gebergte dat de zee omgeeft,--voor zijn bli
PREV.   NEXT  
|<   98   99   100   101   102   103   104   105   106   107   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   >>  



Top keywords:

Vermomde

 

Roodspeer

 

winterzeegod

 

meisjes

 

bieden

 

Walhalla

 

openbaart

 

schrik

 

wereld

 

geworden


koning

 

verfrisschenden

 

gegeven

 

struikelt

 

zwaard

 

dronken

 

verloren

 

laatste

 
landen
 

onweer


omgeeft

 
bliksemstraal
 

bevrijden

 

Hymirs

 

regeert

 

negenhonderd

 

Beiden

 

voorgesteld

 

dezelfde

 
reuzengod

hoofden
 

gebergte

 

langen

 

personen

 
nevengestalte
 
heerschappij
 
waarin
 

warmte

 
vieren
 

zomerzee


woorden

 

oogstfeest

 

heersenen

 

melden

 

spreekt

 

wereldboom

 

geheimnisvolle

 

werken

 

kennen

 

tijdeloozen