", die
het geheele schiereiland doorsnijdt, deze strekt zich onafgebroken
twaalf honderd mijlen, of bij de twee duizend kilometers ver uit.
En nu, laat ons een en ander vertellen van het Stoomhuis, dat de
kunstmatige olifant voorttrok.
Banks toch had van de erfgenamen van den nabob, voor rekening van
kolonel Munro niet alleen den weglocomotief gekocht, maar ook den
trein, dien hij voorttrok. Wien zal het verwonderen, dat de rajah
van Bouthan hem geheel naar eigen vinding en in Hindoeschen trant had
laten vervaardigen? Ik noemde hem reeds een rollenden bungalow; hij
verdient dien naam ten volle en inderdaad mogen de twee wagens, waaruit
de trein bestaat, een wonder van de bouwkunst des lands genoemd worden.
Men stelle zich twee soorten van pagoden zonder minarets voor, met hare
dubbele, dikbuikige, ronde koepeldaken, hare uitstekende vensters, door
vierkante, platte, gebeeldhouwde zuilen gedragen, haar versiering in
veelkleurig lofwerk van kostbare houtsoorten, hare bevallig geteekende,
sierlijk gebogen omtrekken, de rijk aangebrachte veranda's, waarin
zij van voren en achteren uitloopen. Men zou gezegd hebben, dat het
twee aan den heiligen heuvel van Sonnaghur ontleende pagoden waren,
die, met elkander verbonden, door dien ijzeren olifant op sleeptouw
genomen, de groote wegen van Indie gingen bewandelen!
En, opdat er toch niets aan dit wonderbaarlijke voertuig zou ontbreken,
moet nog vermeld worden, dat het drijven kon. Het benedengedeelte toch
van het lichaam des olifants, de buik in een woord, die de machine
bevat, zoowel als het onderstel der twee rollende huizen, vormden
vaartuigen van licht plaatijzer. Deed er zich nu een stroom op zijn
weg voor, dan trad de olifant er in, de trein volgde hem en de pooten
van het dier, door de drijfstangen als schoepen in beweging gebracht,
sleepte het geheele stoomhuis over de rivieren en stroomen voort. Een
onschatbaar voordeel voorzeker in het uitgestrekte land van Indie,
door zooveel stroomen doorsneden, waarover de bruggen nog moeten
gelegd worden.
Zoodanig was dus die trein, eenig in zijn soort en zoodanig had de
zonderlinge rajah van Bouthan hem gewild. Maar, mocht Banks al aan de
fantasie van den rajah hebben toegegeven, die aan de beweegkracht den
vorm van een olifant en aan de rijtuigen de gedaante van pagoden gaf,
het inwendige had hij gemeend naar den Engelschen smaak te moeten
inrichten en daarbij in het oog gehouden, dat het een reis van langen
duur zou zij
|