FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51  
52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   >>   >|  
r te gemoet en stamelde, terwijl deze met scherpen blik van uit de hoogte op hem nederzag: "Mher Burchard, duid mijne stoutheid niet ten kwade. Welke tijding is er toch gekomen?" "Weet gij het?" vroeg de ridder met eene stem die uit eenen kelder scheen op te klimmen. "Neen, heer." "Ik even min. Gij verveelt mij; ga uit mijnen weg!" Hij deed door zijnen zuren blik den verbluften zwaardveger terugdeinzen en richtte zich, zonder meer acht op de omstanders te geven, naar de poort der proostdij. Hij stapte onder eenen langen zuilengang door, duwde eene deur open en trad in eene zaal waar een twaalftal ridders rondom eene tafel zaten, bij welke een paar groote leuningstoelen ledig stonden, als wachtte men hier op twee voorname personen. "Welnu, wat is er ophanden?" vroeg Burchard, nadat hij den ridders eenen korten groet had toegestuurd. "De graaf is terug uit Aquitanie[18]", antwoordde hem Segher Wulf. "Het Fransche leger is te Atrecht aangekomen. Onze ridders zullen nog daar blijven; want de koning van Frankrijk vreest eenen aanval der Engelschen uit Normandie; maar de graaf komt overmorgen te Brugge." Eene uitdrukking van ongenoegen trok Burchards lippen te zamen. "Waar is de proost?" vroeg hij. "Hij is bezig met het schrijven van eenige bevelen; hij zal aanstonds komen." "En de kastelein?" "Die is met hem." Burchard zette zich zoo zwaar neder dat de eiken stoel onder hem kraakte, als ginge hij breken. "Het schijnt dat de komst van onzen graaf u niet verblijdt?" bemerkte Segher Wulf. "De komst van den graaf is mij onverschillig" mordde Burchard. "Waarom ziet gij er zoo ontevreden uit?" "De Isegrims komen met hem?" "Natuurlijk." "En zijn duivel Tancmar insgelijks." "Altijd even grimmig, mher Burchard?" lachte Yorg Koevoet, een der aanwezige ridders. "Wat vreest gij van de komst des graven? Toen hij ten oorlog trekken zou heeft hij eenen algemeenen landsvrede doen uitroepen en ons gelast in zijne afwezigheid over de openbare rust te waken. Hebben wij deze zending niet trouw volbracht? Gij zelf, mher Burchard, hebt gij niet toegestemd om uwen twist met den hofraadsheer Tancmar opgeschorst te laten tot des graven terugkeer!" "Ja, ja, tot mijne groote schande", antwoordde Burchard gramstorig. "Tancmar had voor den oorlog mij een gedeelte mijner gronden ontnomen. Ik heb het hem voorloopig laten behouden, om den landsvrede niet te breken, zooals gij zegt, mher Yorg; maar wat ge
PREV.   NEXT  
|<   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51  
52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   >>   >|  



Top keywords:
Burchard
 

ridders

 

Tancmar

 

groote

 

oorlog

 
graven
 
landsvrede
 

breken

 

vreest

 

Segher


antwoordde

 
Natuurlijk
 

ontevreden

 

Waarom

 

duivel

 

Isegrims

 

insgelijks

 

aanwezige

 

Koevoet

 

scherpen


hoogte
 

lachte

 

mordde

 
Altijd
 
grimmig
 
nederzag
 
verblijdt
 

kastelein

 

eenige

 

bevelen


aanstonds

 
stoutheid
 

bemerkte

 

schijnt

 

kraakte

 
onverschillig
 

terugkeer

 

schande

 

gemoet

 
hofraadsheer

opgeschorst

 

gramstorig

 

behouden

 
zooals
 

voorloopig

 

gedeelte

 

mijner

 

gronden

 

ontnomen

 
stamelde