touw gezet hadden, werd, den 9en Juli, het Verdrag door 126
tegen 70 stemmen aangenomen.
Niets verzette zich meer tegen Leopold's toestemming. Hij verliet Londen
den 16en Juli, ontscheepte te Kales, werd plechtig aan de Belgische grens
ontvangen, vernachtte eerst te Veurne, dan te Gent, en kwam den 19en Juli,
onder het gejuich der bevolking, op het kasteel te Laken aan. Van de
grenzen af, was zijn reis een voortdurende feesttocht geweest, behalve te
Gent, waar hij zeer koel onthaald werd. Den 21en Juli werd de Vorst op het
verhoog, voor Sint-Jakobs op Koudenberg opgetimmerd, door den Regent en de
Congresleden ontvangen, en legde er, in de open lucht, den eed aan de
Grondwet af. Alzoo trad Belgie in de rij der Europeesche Staten, als een
erkende onafhankelijke natie.
* * * * *
Leopold's verkiezing was een triomf voor de Engelsche diplomatie. Maar de
scheiding van het schoone Rijk der Nederlanden was het niet minder voor de
Fransche politiek; wel is waar moest zij, tegen haar wil, de
onafhankelijkheid der Belgen erkennen, maar bij Talleyrand en bij vele
Franschen bleef de hoop op eene latere inlijving voortbestaan.
[Figuur: Inhuldiging van Leopold I als Koning der Belgen te Brussel
(21 Juli 1831)]
De sluwe Fransche gezant had reeds in April bij protocol de slechting
bekomen van de Belgische vestingen, door de Sainte Alliance in 1815 op onze
zuidelijke grenzen opgericht. Intusschen verkreeg hij van de Mogendheden,
op 14en Juli, dat dit protocol zou ruchtbaar gemaakt worden. Twee dagen na
Leopold's inhuldiging, verhaastte zich dan ook koning Louis-Philippe, bij
de opening der Kamers, die ontmanteling op hoogen toon aan het Fransche
volk mede te deelen: Belgie was alzoo feitelijk onder Frankrijks
suzereiniteit geplaatst; men zou het dadelijk zien.
Terecht gebelgd over de snoode wispelturigheid van de Conferentie, die door
hem opgeroepen, hem eerst van de helft van zijn Koninkrijk beroofd had, en
hem nu in zijne rechten krenkte, weigerde Willem I met fierheid het Verdrag
der XVIII Artikelen te onderteekenen, en verklaarde dat hij de aanvaarding
van de Belgische koningskroon door den prins van Coburg als eene
persoonlijke beleediging aanzag (12en Juli). Veertien dagen later kondigde
hij de Conferentie aan dat hij beslist was zijn onderhandelingen door
oorlogsmiddelen kracht bij te zetten; hij wilde, veeleer dan Belgie te
heroveren, door de herstelling van de faam zijner wapenen, de gun
|