FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46  
47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   >>  
ven, zich opende om het treurige gevaarte te laten voorbijgaan, klonken den armen Verhelst wel wreede en bloedig kwetsende woorden in de ooren. Vermits de gendarmes hem als eenen misdadiger naar de gevangenis brachten, moesten de rechters hem schuldig gevonden hebben. Hij had dus door de verzuimenis van zijnen plicht twee menschen doen verongelukken. De notaris, die weldadige, die algemeen beminde man, lag op sterven! Had niet de baanwachter hem vermoord? Geen wonder dus, dat in het hart van meest alle aanschouwers een gevoel van verontwaardiging en van haat tegen hem gloeide. Op geheel zijnen gang door het dorp werd Jan Verhelst door de menigte uitgejouwd en vermaledijd. Tusschen het aanhoudend geroep van: "Ahoe! ahoe!" hoorde hij machtiger nog de woorden: "Schelm, lafaard, moordenaar!" in zijne ooren bonzen; ja, hij zag lieden, die slijk van de straat opnamen en het hem in het aangezicht zouden gesmeten hebben, indien de veldwachter, met zijne bloote sabel dreigende, het hun niet had belet. Die schande, die martelie duurde tot bij het ander einde des dorps. Hier hield de veldwachter met eenige mannen van goeden wil, die hij ter hulp had geroepen, de straat afgesperd, en zoo konden dan de gevangene en zijne wachters zich voortspoeden, zonder langer door het gejouw en de wraakkreten der aangehitste lieden te worden vervolgd. Om den weg naar de stad te verkorten, traden de gendarmes in eene zijdelingsche aardebaan, en zij noopten den gevangene, zijnen stap nog te verhaasten, om zooveel mogelijk aan de vervolging der dorpelingen te ontsnappen. De baanwachter gehoorzaamde, doch antwoordde niet. Zijn hart was gebroken; nog immer zweefde voor zijne lippen de bittere galbeker der schande, dien hij in zoo korten tijd schier tot den bodem had geledigd. IJselijke gedachte! Hij had zijn leven gewaagd om een mensch te redden, en de menschen haatten en vermaledijdden hem nu! Men wilde hem met modder werpen en hem steenigen als eenen dollen hond! Terwijl hij dus in zich zelven smartelijk morrende voortstapte, kwamen eenige onduidelijke klanken zijn oor treffen. Hij verbleekte, slaakte eenen doffen kreet en bleef staan, zonder zich echter te durven omkeeren. [Illustratie: Jan Verhelst zat geknield bij zijne blinde moeder.] "Welnu, wat gebeurt u, kameraad?" vroegen de gendarmes verwonderd. "Het zijn de dorpelingen, die immer uit de verte tegen u schreeuwen. Vooruit, vooruit, of zij halen ons nog in!" "Ja, voorui
PREV.   NEXT  
|<   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46  
47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   >>  



Top keywords:
gendarmes
 

zijnen

 
Verhelst
 

baanwachter

 
veldwachter
 
zonder
 
gevangene
 

dorpelingen

 

eenige

 

straat


menschen

 

schande

 

lieden

 

woorden

 

hebben

 

korten

 

schier

 

galbeker

 

bittere

 

zweefde


lippen

 

vermaledijdden

 

opende

 

gewaagd

 
mensch
 
gedachte
 

IJselijke

 

redden

 

haatten

 

treurige


geledigd

 
zijdelingsche
 
aardebaan
 

noopten

 

traden

 

verkorten

 

vervolgd

 

verhaasten

 

gehoorzaamde

 
antwoordde

ontsnappen
 
gevaarte
 

zooveel

 

mogelijk

 
vervolging
 

gebroken

 

gebeurt

 

kameraad

 

vroegen

 
moeder