FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48  
49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   >>  
wijfelen was--dan keerde hij weder met herstelde eer en ontlast van alle verdenking. Zij moesten nu naar huis gaan en met geduld zijne wederkomst afwachten. Hun gekerm sneed hem zoo pijnlijk door het hart. Hij smeekte hen dus, hem niet langer te volgen. Alwat zij nu uit liefde voor hem konden doen, was God te bidden, opdat Hij zijne onschuld wel spoedig liete blijken. Hij zou hun nu elk nog eenen kus tot vaarwel geven, en dan moesten zij maar seffens in de baan terugkeeren. Allen schenen door zijne woorden eenigszins gerustgesteld en betuigden, dat zij zijnen raad zouden gehoorzamen. Maar toen de baanwachter de oude vrouw op zijn hart drukte en op diep ontstelden toon haar zeide: "Vaarwel, moeder lief!" viel de arme blinde in onmacht ter aarde. Dan begon het gekerm en gehuil opnieuw; de kinderen bovenal toonden zooveel schrik en beangstheid, dat een der gendarmes tranen van deernis uit zijne oogen veegde. Jan Verhelst zat geknield bij zijne blinde moeder, hief haar het hoofd op en waschte haar de wangen met water uit eene veldflesch, welke een gendarme hem had toegereikt. Zoohaast de bezwijmde eene beweging had gedaan en ging bekomen, werd den baanwachter aangezegd, dat hij oogenblikkelijk zijnen weg naar de stad moest voortzetten. Zijne wachters hadden zich welwillend voor hem getoond; hij moest nu man zijn en laten zien, dat hij van hunne goedheid geen misbruik wilde maken. De gevangene haastte zich zijne kinderen nog eens te omhelzen, hij drukte met verkropten boezem het kleine Barbeltje op zijn hart en zeide dan eenige strenge woorden aan het oor zijner vrouw, die zij goed scheen te begrijpen, want zij antwoordde met besluit: "Ga, Jan, ga, man lief, wij volgen u niet meer. Ik zal over de kinderen waken, ze troosten en ze doen bidden, totdat gij wederkomt. Heb maar moed, God is rechtvaardig." "Ja, moed, moed, Mie-Wanna!" mompelde nog de baanwachter met verkropte stem, terwijl hij zich tusschen de gendarmes schikte en, zonder nog om te zien, haastig in de baan voortstapte. Maar dan brak geheel zijne kunstmatige sterkte; een tranenvloed borst uit zijne oogen en hij weende zuchtend en snikkend als een kind, totdat zijn hart van het overmatig wee was ontlast en hij, wel diep-treurend doch met gelatenheid, op de bemerkingen en vragen zijner geleiders kon antwoorden. Geloofden de gendarmes aan zijne onschuld of aan zijne plichtigheid? Dit was uit hunne overwegingen niet op te maken. Waarschijnlijk was
PREV.   NEXT  
|<   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48  
49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   >>  



Top keywords:
baanwachter
 

kinderen

 

gendarmes

 

zijner

 

zijnen

 
woorden
 
totdat
 

moeder

 

blinde

 

drukte


ontlast

 
onschuld
 

volgen

 

gekerm

 

bidden

 

moesten

 

antwoordde

 

begrijpen

 

troosten

 

scheen


herstelde
 

besluit

 

Barbeltje

 
goedheid
 
misbruik
 
verdenking
 
welwillend
 

getoond

 

gevangene

 

keerde


eenige

 
strenge
 

kleine

 

boezem

 

haastte

 
omhelzen
 

verkropten

 

rechtvaardig

 

treurend

 
gelatenheid

overmatig

 

weende

 

zuchtend

 
snikkend
 

bemerkingen

 

vragen

 

plichtigheid

 

overwegingen

 

Waarschijnlijk

 
Geloofden