FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   19   20   21   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43  
44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   >>   >|  
len. O die Smul, wat wist hij met de paarden om te gaan! Zij sidderden en snoven zoodra ze zijne stem maar hoorden of zijn hand aan de leidsels voelden. Ja, gelukkig voor Kneuvels dat hij zulk een "boever" had; anders was hij al lang boer-af, met zijn heele godsche dagen zwadderen en drinken!--Smul, rechtop met uitgesperde beenen op den ratelend-hotsenden wagen, kwam als een rukwind uit de oprijlaan gestoven, zwenkte zonder zijn wilde vaart te stremmen links om, kwam recht als een kogel, in daverenden draf, op den vlasgaard aangerukt. De blonde manen van zijn sterke vossen wapperden als rook-en-vlamme-tongen in den wind, en groote brokken modder-aarde vlogen wentelend met de wielen op. Blijkbaar was hij prat over die gapende bewondering van allen, en vlak voor den vlasgaard hield hij met een plotsen ruk zijn paarden in, sprong af en greep ze alle twee bij de gebitten vast, schuddend en duwend, terwijl de jagende beesten steigerden en hinnikten, met snuivende, schuimende bekken en angstig-wild draaiende oogen. "Hierrr zilt-e stoan, peirden van luxe!" bulderde hij, ze met een laatsten, ruwen wrong twee passen achteruitduwend; en trotsch omdat ze gedwee en bevend als lammeren gehoorzaamden, klopte hij hun even vriendelijk op den hals, wipte weer op den wagen en tilde een zware mand in de hoogte, nu roepend tot de slijters: "Allo, hier!... uldere fricot!" Hij had hun tweede ontbijt meegebracht, en bij dit zicht straalden de oogen, en allen voelden plotseling den scherpen honger, waarvan zij tot nog toe, onder het harde werken, den knagenden prikkel hadden onderdrukt. "Joa moar, iest mijne woagen loan!" eischte Smul, hun de mand overhandigend. "Ha moar Ivo jongen, loat ons iest eten, we zien scheel van den honger," smeekte de oude Krommen Bulcke. Doch er was geen zeggen aan. Smul ging aan 't vloeken, sprong weer beneen en begon zelf de groene bundels op den wagen neer te ploffen. Toen hielpen zij hem allen en in enkele minuten was de zware vracht opgeladen. "Jue, nondedzju!" bulderde Smul. Zijn zweep klapte als razend, en de twee paarden, rillend als van schrik tegen elkaar gedrongen, spanden hun krachtige lenden dat het harnas er onder kraakte, en rukten eindelijk den wagen met zijn ingezakte wielen uit den kleverigen moddergrond op. "Och Hiere, die biesten moeten toch trekken!" riep de oude Sieska meewarig. "Ze'n trekken aan mijn hoar niet!" brulde Smul; en weg was hij, in gestrekten pas nu, hangen
PREV.   NEXT  
|<   19   20   21   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43  
44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   >>   >|  



Top keywords:

paarden

 

sprong

 

vlasgaard

 

wielen

 

trekken

 

honger

 
bulderde
 

voelden

 

overhandigend

 

jongen


eischte
 

woagen

 

zeggen

 

Krommen

 

Bulcke

 

smeekte

 

scheel

 

meegebracht

 
straalden
 

plotseling


ontbijt

 
tweede
 

uldere

 

fricot

 

scherpen

 
snoven
 

knagenden

 
werken
 

prikkel

 

hadden


onderdrukt

 

sidderden

 

waarvan

 

vloeken

 

biesten

 

moeten

 

moddergrond

 
kleverigen
 

kraakte

 

harnas


rukten
 
eindelijk
 

ingezakte

 
brulde
 
gestrekten
 
hangen
 

meewarig

 

Sieska

 

lenden

 

krachtige