FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   148   149   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172  
173   174   175   176   177   178   179   180   181   182   183   184   185   186   187   188   189   190   191   >>  
e Beaumont. Deze hooggeschatte geleerde beweerde, dat de grond van Moulin-Quignon niet diluviaansch, maar uit lateren tijd was, en evenmin als Cuvier wilde hij iets weten van de bewering, dat het menschdom gelijktijdig met de dieren uit het quaternaire tijdperk zou bestaan hebben. Mijn oom Lidenbrock had, in overeenstemming met de groote meerderheid der geologen, staande gehouden, getwist en geredeneerd, terwijl de Beaumont met zijne meening genoegzaam alleen was blijven staan. Wij kenden deze zaak in al hare bijzonderheden, maar wisten niet, dat het onderwerp na ons vertrek opnieuw ter sprake was gekomen. Andere dergelijke kaakbeenderen, schoon dan afkomstig van andere stammen en dus van afwijkende vormen, waren in sommige grotten van Frankrijk, Zwitserland en Belgie gevonden, benevens wapenen, huisraad, gereedschappen, beenderen van kinderen, jonge menschen, volwassenen, grijsaards. Het bevestigde zich met elken dag meer, dat de mensch inderdaad in het quaternaire tijdperk geleefd heeft. En dit was nog niet alles. Nieuwe opgravingen uit het tertiaire pliocenische tijdperk hadden voorwerpen doen ontdekken, uit welke de stoutste geleerden eene nog veel hooger opklimmende oudheid aan het menschdom hadden toegekend. Deze overblijfselen waren wel geen beenderen van menschen, maar toch voortbrengselen zijner kunstvlijt, namelijk scheen- en dijbeenderen van uitgestorven dieren, besneden met regelmatige figuren, die het kenmerk van 's menschen hand droegen. Daardoor klom het bestaan van den mensch plotseling de ladder eener lange reeks van eeuwen op; hij leefde reeds vroeger dan de mastodont; hij was een tijdgenoot van die voorwereldlijke olifanten, welke men "elephas meridionalis" noemt; hij was reeds voor honderd duizend jaren een bewoner dezer aarde; immers op dien ouderdom begrooten de meest vermaarde geleerden de pliocenische formatie. Op dat standpunt stond destijds de wetenschap der voorwereldlijke dieren en hetgeen wij er van wisten was genoeg om onze aandacht op die beenderenhoopen in de Lidenbrock-zee te spannen. Men kan zich dus voorstellen hoe opgetogen mijn oom was, vooral toen hij, twintig schreden verder, zich in de onmiddellijke nabijheid van een menschelijk overblijfsel uit het quaternaire tijdperk bevond. Het was een menschelijk lichaam, duidelijk als zoodanig herkenbaar. Had eene bijzondere gesteldheid van den grond, gelijk aan dien van het kerkhof van St. Michel te Bordeaux, dat lichaam zoovele e
PREV.   NEXT  
|<   148   149   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172  
173   174   175   176   177   178   179   180   181   182   183   184   185   186   187   188   189   190   191   >>  



Top keywords:

tijdperk

 

dieren

 

quaternaire

 

menschen

 

pliocenische

 

hadden

 

voorwereldlijke

 

mensch

 

wisten

 

beenderen


Lidenbrock

 

lichaam

 

geleerden

 

bestaan

 

menschelijk

 

menschdom

 

Beaumont

 

tijdgenoot

 
mastodont
 

vroeger


kunstvlijt

 
elephas
 

honderd

 

meridionalis

 

voortbrengselen

 

olifanten

 

namelijk

 

zijner

 

eeuwen

 
droegen

Daardoor
 

kenmerk

 

figuren

 

duizend

 
regelmatige
 
besneden
 
uitgestorven
 

dijbeenderen

 
leefde
 

plotseling


ladder

 

scheen

 

destijds

 

verder

 

schreden

 

onmiddellijke

 

nabijheid

 

overblijfsel

 

twintig

 

voorstellen