FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   >>  
genlief, je begint waarachtig te moralizeeren, en dat moet je niet doen: je bent er veel te amusant voor. En wat geeft het. Jij en ik zijn wat we zijn en zullen dat ook altijd blijven. En dat je vergiftigd bent door een boek, dat is onmogelijk. Kunst heeft geen invloed op je handelingen. Het vernietigt integendeel je kracht tot handelen. De boeken, die de wereld immoreel vindt, zijn die, welke de wereld haar eigen schande toonden. Dat is alles. Maar laat ons niet over litteratuur praten. Kom je morgen bij me? Ik ga om elf uur rijden. We kunnen dan samen gaan dejeuneeren bij Lady Branksome. Ze is een aardige vrouw en ze wou je raadplegen over een paar gobelins, die ze koopen wil. Zal je komen? Of wil je liever lunchen met ons hertoginnetje. Heb je misschien genoeg van Gladys? Ik kan het me best begrijpen. Haar vlug tongetje werkt op je zenuwen. Enfin, kom in ieder geval om elf uur. --Is het bepaald noodig, Harry? --Natuurlijk. Het Park is nu beeldig. Ik geloof, dat de seringen in jaren niet zoo prachtig gebloeid hebben. --Nu ik zal komen, zei Dorian. Goeden nacht, Harry. Bij de deur aarzelde hij even, als had hij nog iets te zeggen. XIX. Het was een heerlijke avond zoo warm, dat hij zijn jas over zijn arm nam, en zelfs de zijden das niet om zijn hals sloeg. Terwijl hij naar huis wandelde, een cigarette rookend, gingen twee jongelui in rok hem voorbij. Hij hoorde ze fluisteren: --Dat is Dorian Gray. Hij herinnerde zich hoe heerlijk hij het vroeger vond, wanneer men naar hem wees, hem aankeek of over hem sprak. Nu was hij moe van zijn eigen naam te hooren. Een groote bekoring van het kleine dorpje, waar hij den laatsten tijd zoo vaak geweest was, was dat niemand daar zijn naam wist. Hij had het meisje, dat hij betooverd had hem lief te hebben, verteld, dat hij arm was, en zij had hem geloofd. Hij had haar eens gezegd, dat hij heel slecht was, en zij had gelachen en geantwoord, dat slechte menschen altijd oud en leelijk zijn. Wat klonk haar lach! als het geparel van een leeuwerik. En hoe lief zag zij er uit in haar katoenen japonnetje en grooten strooien hoed. Ze wist niets, maar zij bezat alles, wat hij verloren had. Thuis vond hij den knecht nog op hem wachten. Hij zond hem naar bed, en wierp zich neer op de bank in zijn bibliotheek en dacht na over wat Lord Henry gezegd had. Zou het waar zijn, dat een mensen nooit veranderen kan? Hij gevoelde een intens verlangen naar de smettelooze rein
PREV.   NEXT  
|<   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   >>  



Top keywords:

gezegd

 

wereld

 

altijd

 

hebben

 

Dorian

 

aankeek

 
hooren
 

bekoring

 

kleine

 

dorpje


groote
 

fluisteren

 

Terwijl

 

wandelde

 

cigarette

 

rookend

 

zijden

 

gingen

 
heerlijk
 

vroeger


wanneer

 
herinnerde
 

jongelui

 

voorbij

 

hoorde

 
slecht
 

wachten

 
knecht
 

verloren

 

bibliotheek


intens

 

gevoelde

 

verlangen

 

smettelooze

 

veranderen

 

mensen

 

strooien

 
grooten
 

geloofd

 

verteld


gelachen
 
betooverd
 

meisje

 
geweest
 
niemand
 
geantwoord
 

slechte

 

leeuwerik

 

katoenen

 

japonnetje