inbouwkundigen; frisch en fleurig ziet er alles uit
en de breed-uitgespreide waaierpalmen en bloeiende camelia's zouden
wij wel zoo naar ons land willen meenemen! De stoomwals heeft de
breede wegen geeffend, waarin de zware vrachtwagens diepe voren
hadden getrokken; aan den rechterkant krijgen we nu de voornaamste
tentoonstellingsgebouwen in het oog; zij rijzen geen van alle hoog
op tusschen het geboomte en hun hagelwitte kleur zal bij den fellen
Italiaanschen zonnebrand verblindend zijn voor de oogen, al helpt
zij de hitte _buiten_ de zalen houden, maar overigens ... wat een
superieuren smaak hebben de Italiaansche architecten getoond bij het
ontwerpen dezer paleizen en paviljoenen! Schoon ook hier in hoofdzaak
het onduurzaam tentoonstellingsmateriaal slechts dienst kon doen,
wint Milaan het in dit opzicht verre van Luik en Duesseldorf en wordt
Parijs van 1900 naar de kroon gestoken.
De liefde voor de schoone klassieke vormen was hier de leidstar van
mannen als Besana, Bongi en Locati, meestere in hun vak. Hier wordt
men herinnerd aan het Parthenon met zijn zuilen en bogen, daar aan
Romeinsche thermen; ginds aan de Byzantijnsche bouwkunst, elders
weer aan het Arabische Alhambra. Aan de Italiaansche en Fransche
renaissance wordt recht gedaan; kortom, de historische architectuur
viert hier hoogtij! En toch, hoe frisch, hoe oorspronkelijk
bleven de ontwerpers daarbij; hoe gelukkig wisten zij in bouworde
en versieringen uitdrukking te geven aan de bestemming van de
verschillende gebouwen! Zeker, dat alles is _klein_ tegenover dien
machtigen kolossus, den Dom, dien de christelijke kunst, als een
prediking in marmer, midden in deze stad heeft gebouwd; en te _druk_
tegenover den stroeven ernst der middeleeuwsche kunst die spreekt
uit de _palazza's_, welke de eeuwen hier hebben nagelaten en die
thans de omlijsting vormen van deze onwezenlijke droomstad, waar
alles klatergoud en namaak is en die straks weer zal verdwijnen,
even spoedig als zij gekomen is.
Maar ... wie ontkomt aan de machtige bekoring die van dit alles
uitgaat!? Die mengeling van architectuur en sculptuur, zij is een
weelde voor het oog en spreekt tot de verbeelding van oorden, waar
de schoonheid godheid is, waar het ideaal triumfeert in marmerwit
en kronegoud!
Van het beeldhouwwerk gesproken: Al heeft de Italiaansche plastiek
de schoone traditien van het verleden niet weten hoog te houden,
men mocht toch bij deze gelegenheid van de beeldhouwers in het la
|