op 't kompas van een ander zeilen.
Waarom zou ik 't dan niet doen?
"Vliegend blad Heeren!" heet het schilderij van juffrouw Moes. O! dierbare
bloedverwanten wat is dat een aardig stuk, als je er lang op kijkt is 't
alsof de jongen, die er op staat, met natuurlijkheid schreeuwt; daar durf
ik gerust uit mij zelven bij te zetten,
_flink; geestig geteekend, juist van toon. Verkocht_. 't laatste woord
staat er op en is misschien voor de schilderes, 't beste bewijs dat ik
gelijk heb.
Terwijl ik met alle aandacht stond te kijken hoorde ik een paar
buitenmenschen over een schilderij praten waarvan ik ongelukkig den naam
vergeten heb. De een zei, met zijn neus er vlak op, "'t zijn allemaal
klodders en vegen," toen zei de ander, "dat 's juist het mooie van de
kunst, hoe meer klodders, hoe kunstiger. Als je er verder afstaat kun je
toch heel goed zien dat 't een toer is om zulke vegen er zoo op te zetten
dat ze iets beteekenen; dat is de nieuwe richting in de kunst.
Of het nu nieuwe of oude richting is, is mij hetzelfde maar ik voor mij,
vind het toch mooier als men ook van dichtbij al kan zien wat 't beteekend.
Ik geloof dat ik de oude richting maar zal behouden als ik schilderen ga.
In dien nieuwen trant zag ik ook koeien, geschilderd door W. Maris. Een
heer die er voorstond riep maar aldoor tot zijn dame: "prachtig! geniaal!*
"heerlijk! goddelijk!* De dame vroeg zoo langs haar neus weg:*" hoeveel
koeien staan er eigentlijk op, beste man? en wat is gras en wat zijn
koeienpooten? Toen werd dien heer boos en zei alleen: "'t is van Maris"
daarop zweeg de dame en zei ook, dat 't eigentlijk toch wel "beelderig"
was.--Ik voor, mij schreef in mijn boekje*" _verward, verwerig, gesmeerd_.
(Ik weet niet of ik 't bij 't rechte eind heb.)
Weet gij waar ik lang voor heb gestaan? Voor een schilderij van Valkenburg,
voorstellende "Een oefening" dat wil zeggen een soort van preek bij de
afgescheidenen. Dat 's een mooi stuk waar men lang op kan kijken, 't is
juist alsof de figuren los voor elkander staan, ik schrijf _goed
gegroepeerd, ongezocht harmonisch, van kleur en toon_. Als ik zoo leer
schilderen beste vrouw, hang ik het sloof van den Koomenijsbaas voor goed
aan den nagel.
"Kom eens hier" zei Maeceen en kijk eens naar die schilderij. "Gedurende de
preek" van. G. Henkes, wat zou je daarbij zetten? Ik zag het en O! beste
nabestaanden, ik had er schik in. Een boer, een boerin en een Juffrouw met
neepjesmuts op zitten te luisteren
|