Mariabeeld, als kunst van geen waarde; de wandeling er
heen loont echter zeer, omdat langs de hoogte weder zoo'n bazalt-orgel
te zien is. Hoe dikwijls men die vreemde vormingen ook ziet, ze maken
altijd denzelfden diepen indruk.
In de stad zelf--zij heeft 3000 inw.--heeft men de oude
O.L. Vrouwekerk, uit de 15de eeuw, maar herhaaldelijk gerestaureerd
en bijgebouwd, en een aantal mooie huizen in renaissance-stijl;
de straten zijn meestal glooiend, en de stad maakt een aangenamen
indruk. 's Morgens vroeg trof ik er de weekmarkt. Allerlei land-
en tuinbouwproducten werden er door de boeren en boerinnen te koop
aangeboden, en al de dames uit de stad schenen wel tegenwoordig te
zijn, om hare inkoopen te doen. Onder dat gewoel en gedrang viel
me een geestelijke op, die zelf zijne inkoopen deed; hij scheen
een goede bekende van de buitenlui te zijn en was volstrekt niet
verlegen om een kwinkslag met gelijke munt te betalen, die opgewekte
oude heer! Op de kaasmarkt was niet anders aangevoerd dan de soort,
genaamd St. Nectaire en kleine platte geitenkaasjes. Zooveel van
die kaas was mijn reukorgaan te machtig in die half natgeregende
menschenmenigte; hun beider kracht vereenigd verdreef mij uit die
overigens schilderachtige omgeving.
Dien namiddag trok ik per spoor naar Vic sur Cere, eene
aardig gelegen en druk bezochte badplaats; het groote hotel der
Orleans-spoorwegmaatschappij is aardig tusschen de heuvels gelegen
en eene eerste-klasse inrichting. Vic bestaat uit een oud en een
nieuw gedeelte; in het oude vindt men weer enkele fraaie huizen,
maar de doorgaande reiziger komt te Vic om den Pas de la Serre te
zien. De weg er heen is overal door bordjes aangegeven; het is een
alleraardigst pad, dat u na een half uur in een weideveld brengt,
om dan spoedig in de kloof te komen. Het riviertje de Cere heeft zich
daar door rotsmassa's heen een moeielijken weg gebaand. De rotsen zijn
gedeeltelijk met mos bedekt en op de kammen weelderig begroeid. Het
geheel is allerliefst, 't maakt geen woesten, maar, bij het kalm
stroomen van 't riviertje door de eenmaal gevormde bedding, een indruk
van bevalligheid; jammer dat men vlak bij de kloof den stroom afgedamd
heeft ten behoeve van eene lichtfabriek. Men kan door de kloof heen
klauteren en komt dan door een steeds aanvalliger wordend dal bij de
kasteelen Tremoulet en Espinasse, beiden verrukkelijk gelegen.
Des namiddags maakte ik nog een wandeling naar de Mongudo, een klein
bergvlak,
|