FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   >>  
Ik kan wel niet zeggen, met Pieternel, dat de Jongen er heel verstandig uitziet; maar 't is immers een goed kind, dat naar zyn Moeder aart? en gy weet, dat Moeder stikkent vol potzen en flinken stak, toen zy nog zeer jong en zeer los was? Myn Broer heeft er wel moed op, want hy zegt my in vertrouwen: "dat Jan al naar de Meisjes begint uittekyken." "Oom en Neef hebben een goeden smaak," zei ik. "Ja, zei hy, de Natuur gaat boven de leer." Hy hoort ook graag muziek, want als Baker van de Moordenaartjes zingt, schreeuwt hy als een tyger; maar als ik eenige noten aansla, kykt hy uit zyn luijers als iemand die zegt: _Nog meer laatste woorden van bisschop T_. Vaarwel, myne Vriendin. Omhels voor ons uwe waarde Moeder en Domine, voor Edeling en my. Ik ben altoos Uwe Vriendin, SARA EDELING, geb. BURGERHART. HONDERD-DRIE EN ZEVENTIGSTE BRIEF.--Aletta Willis-Brunier aan haar man Willem: Sara voedt kleinen Jan verstandig-aardig op.--_Hun eigen kinderen_ groeten papa! HONDERD-VIER EN ZEVENTIGSTE BRIEF.--Vader Willem aan zijn vrouw: dol gelukkig! HONDERD-VYF EN ZEVENTIGSTE BRIEF. DE HEER ABRAHAM BLANKAART AAN DEN EERWAARDIGEN HEER EVERART REDELYK. _Eerwaardige Heer!_ Ei, wissewasjes, ik weet niet, myn lieve Domine, waar je van spreekt. Dat ik uw' Hendrik by een braaf Kaptein gebragt, en ten sterksten heb aanbevolen, is dat zo veel zaaks? Wel, myn goede man, ik wou, dat ik veel meer voor je doen kon; want ik heb zulk een achting voor u, en ik ben zo dikwyls door uwe Predikatien gesticht, en uw Vrouw is zulk een best Wyf, en gy hebt daar tien kinderen, het eene nog schoonder als 't andere; zo dat ik zeggen wil, spreek daar niet van. Wel ja, die uitrusting wil wat zeggen; ik heb by gelyks kind noch kraai in de waereld: Nu, de jongen ziet er uit als een Vorst, in zyn Zeemontuur. Kyk, mantje, zei ik, toen ik hem naar boord bragt, (want ik heb den jongen lief, en wilde hem zelf aan den Kaptein leveren.) Kyk, mantje, nu heb ik Vader en Moeder bepraat, om u te laten varen. Je bent nu _Monsieur Kadet_; en draagt een degen, zo wel als een Admiraal. Maar zo je nu reis in een ploertig leven meer zin kreeg, dan in een ordentelyk gedrag, en dagt, nu ben ik myn eigen meester, en vele viezevazen meer, dan zou Abraham Blankaart daar staan, of hy een schepenkennis[1] op zyn neu
PREV.   NEXT  
|<   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   >>  



Top keywords:

Moeder

 

ZEVENTIGSTE

 

zeggen

 

HONDERD

 

jongen

 

Kaptein

 
kinderen
 

Domine

 
Willem
 
Vriendin

mantje

 
verstandig
 
viezevazen
 

Abraham

 
bepraat
 

Monsieur

 
gedrag
 

ordentelyk

 
dikwyls
 

achting


meester

 
Hendrik
 

spreekt

 

schepenkennis

 

aanbevolen

 

Blankaart

 

sterksten

 

gebragt

 

leveren

 

Predikatien


Admiraal

 

waereld

 

gelyks

 
wissewasjes
 
draagt
 

Zeemontuur

 

uitrusting

 

gesticht

 

andere

 

ploertig


spreek

 

schoonder

 
Natuur
 

goeden

 
hebben
 
begint
 

uittekyken

 
schreeuwt
 
eenige
 

Moordenaartjes