FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   120   121   122   123   124   125   126   127   128   129   130   131   132  
133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155   156   157   >>   >|  
ar zij.... BERNICK. Niet thuis! Daar zie je het nu Lona, geen steun ... noch in vreugde, noch in leed! RUMMEL. Haal de gordijnen op! Help mij eens even, mijnheer Krap. U ook mijnheer Sandstad. Doodjammer dat de familie nu juist zoo verspreid is! Heelemaal niet volgens het programma. (_De gordijnen van de deur en de ramen worden weggetrokken. Men ziet de heele straat geillumineerd. Tegen het huis aan de overzijde is een groot transparant geplaatst met het opschrift: "Leve Consul Bernick, de steun onzer maatschappij!"_). BERNICK (_wijkt schuw terug_). Weg met dat alles! Ik wil het niet zien! Doe uit! Doe uit! RUMMEL. Met alle respect, Bernick, is het je in 't hoofd geslagen? MARTHA. Wat scheelt hem, Lona? LONA. Sst! (_zij praat zachtjes met haar_). BERNICK. Weg met die honende opschrift, zeg ik! Zie jullie niet dat die lichten de tongen naar ons uitsteken? RUMMEL. Neen maar, nu moet ik toch bekennen.... BERNICK. Och, wat begrijpen jullie ook...! Maar ik, ik...! Lichten in een sterfkamer zijn het! KRAP. Hm.... RUMMEL. Neen, maar, hoor eens, Bernick, je trekt je dat al te erg aan. SANDSTAD. De jongen maakt een plezierreisje over den Oceaan, en dan krijgt u hem weer terug. VIGELAND. Maar vertrouwen op den Almachtige, meneer de consul. RUMMEL. En op de schuit, Bernick; die zal toch wel niet zoo dadelijk zinken, vermoed ik. KRAP. Hm.... RUMMEL. Ja, als het nu een van die drijvende lijkkisten was, waar je zoo van hoort in de groote maatschappij.... BERNICK. Ik voel dat mijn haar grijs wordt in dit uur. (_Mevrouw Bernick, met een grooten doek over haar hoofd, komt de tuindeur door_). MEVR. BERNICK. Karsten, Karsten! Weet je...! BERNICK. Ja, ik weet ... maar jij;... jij, die niets ziet,... jij, die geen moederoog voor hem hebt...! MEVR. BERNICK. O, luister toch...! BERNICK. Waarom heb je niet over hem gewaakt? Nu heb ik hem verloren. Geef hem mij terug als je kunt! MEVR. BERNICK. Ja, dat kan ik, ik heb hem! DE HEEREN. Ah...! HILMAR. Nou, dat dacht ik ook wel. MARTHA. Karsten, je hebt hem terug! LONA. Ja; maar weet hem nu ook voor je te winnen. BERNICK. Je hebt hem! Is het waar wat je zegt? Waar is hij? MEVR. BERNICK. Dat zeg ik je niet voor je hem vergeven hebt. BERNICK. Och wat, vergeven...! Maar hoe kwam je te weten...? MEVR. BERNICK. Denk je dat een moeder niets ziet? Ik was in doodsangst dat je er iets van merken zoudt. Een paar woorden die hij gisteren
PREV.   NEXT  
|<   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   120   121   122   123   124   125   126   127   128   129   130   131   132  
133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155   156   157   >>   >|  



Top keywords:

BERNICK

 

RUMMEL

 

Bernick

 

Karsten

 

opschrift

 

MARTHA

 

maatschappij

 

vergeven

 

jullie

 

mijnheer


gordijnen

 

grooten

 

Mevrouw

 

moederoog

 

tuindeur

 

zinken

 

vermoed

 

dadelijk

 
schuit
 

drijvende


lijkkisten

 
groote
 

vreugde

 

Waarom

 

moeder

 

doodsangst

 

woorden

 

gisteren

 

merken

 
verloren

gewaakt
 

luister

 

winnen

 

HILMAR

 
HEEREN
 
vertrouwen
 
scheelt
 

geslagen

 
worden
 

respect


volgens

 

Heelemaal

 

honende

 

programma

 

zachtjes

 

weggetrokken

 

Consul

 

transparant

 

geplaatst

 

overzijde