ijk
was, heeft er toe bijgedragen dat de zaak ruchtbaar werd. De menschen
vielen omver van de houtsneden en versieringen die wij gaven. Waarom?...
waarom? (In twee sprongen was Vermeylen bij zijn boekenkast) ... daarom:
Kijk me zoo'n teekening van Toorop eens aan ... en zoo'n slingerlijn ...
maak de menschen nu maar eens dietsch dat dat beteekent de kunst die
zegeviert over de onwetendheid ... of iets dergelijks...."
In deemoed erkende ik, dat ik 't op het eerste gezicht ook niet zou
hebben begrepen.
"Nietwaar?" ging Vermeylen voort, "'t was een interessante poging. In
dit opzicht was ons doel ongetwijfeld bereikt. Maar--na tien nummers is
ons tijdschrift stillekens kapot gegaan.
"Toen was er een oogenblik sprake dat er een internationaal tijdschrift
in dien aard zou komen. In ieder land zou een man aan het hoofd staan
voor het literaire deel: Van Deyssel, d' Annunzio, Christina Rossetti,
Verhaeren, ik zelf. Ik heb toen in Holland nog eens een bespreking
daarover gehad met Roland Holst en Toorop ... maar dat plan viel in
duigen. "Van nu en straks" sloot met een klein deficit. Aan honorarium
dachten wij natuurlijk niet, maar het eind was dat ieder van ons een
klein sommetje had bij te passen."
TWEEDE "VAN NU EN STRAKS." NIET UITSLUITEND LITERAIR.
"Ik ging toen in Berlijn studeeren, maar wij bleven op den uitkijk naar
een nieuw orgaan. Een jaar nadien kwam er een volgreeks van "Nu en
straks" maar die kreeg een beetje ander voorkomen dan de eerste. Het
decoratief was om zoo te zeggen weggevallen ... alleen een enkele
beginletter lieten wij nog wel maken. Wij trachtten er van te maken: een
_algemeen_ tijdschrift en dit is zeer gewichtig. Van begin af was onze
beweging niet alleen een streven naar zuivere literatuur, maar ook een
algemeene beweging die ook een ethischen kant had. De literatuur was een
deel van het leven voor ons, dat, tezamen met het leven, hooger
opgevoerd moest worden. Nieuwere literatuur moest als het ware komen uit
een hernieuwing van het leven zelf. Wij trachtten onze denkbeelden te
verbreeden, wij trachtten ruimte om ons heen te maken, onze blikken vrij
te maken naar alle zijden."
--"Dus was het punt van uitgang een maatschappelijk ideaal"?
--"Dat is niet precies te zeggen: Ons literair streven ging samen met
een sociaal streven; wij onderscheidden die twee wel, maar zijn er
nooit goed toe kunnen komen, ze radicaal van elkander te scheiden. Dat
is ook hierdoor verklaard, dat het
|