er, en slechts voor-zoo-ver de eisch van
m'n betoog meebracht. Wie dieper in de zaak wil doordringen--of,
juister uitgedrukt: _in een gegeven kant der zaak_--wordt verwezen
naar 'n zeer belangryke wiskundige studie van den heer D.I. KORTEWEG,
in het _Journal des Actuaires francais_[20] t. III, 1874:
"_Reflexions, calculs et solutions particulieres a propos du calcul
des probabilites sur les votes_. Er is evenwel, om de wetenschappelyke
en de praktische strekking van dat werk te beoordeelen, meer
wiskunstige voorbereiding noodig dan waartoe ik tot-nog-toe in de
gelegenheid was. Waarschynlyk verkeeren sommigen myner lezers in 't
zelfde geval, doch ieder kan er uit leeren--en dit is hier
hoofdzaak--dat de _Vox Dei_ heel onalmachtig onderworpen is aan de
wetten der waarschynlykheidsrekening en dus 't recht niet heeft hooger
toon aanteslaan dan de _Aard der dingen_ toelaat.
Doch dit alles geldt nog slechts de _methode_ volgens welke men tracht
tot de kennis van die fameuze Volksstem te geraken. Hoeveel treuriger
nog is de uitslag van 't onderzoek, indien we achtslaan op de wyze
waarop die volks-meening _ontstaat_. Ze is verwrongen, vervalscht,
bedorven, en zou voor den denker niet het minst gewicht in de schaal
leggen, ook al bestond er kans tot het vormen of leeren kennen eener
niet-gefingeerde meerderheid. Op het gebied der begrippen geschiedt de
voortplanting naar vaste wetten die--behoudens de uit den aard der
zaak voortkomende verschillen--vry-wel overeenkomen met de regels die
wy in de afstamming van planten en dieren waarnemen. Niemand
verwondert zich als-i bemerkt dat uit het zaad eener vrucht 'n boom
spruit van dezelfde soort als die waarvan de vrucht geplukt is. Dat
ook hierin door bykomende oorzaken afwykingen kunnen plaats
hebben--afwykingen die toch evenzeer als de hoofdregel-zelf op vaste
wetten berusten--mag ons niet doen voorbyzien dat hoofdwet en afwyking
beide van volle toepassing zyn op de geschiedenis der begrippen,
meeningen en vooroordeelen, ja zelfs op de waggelingen van den smaak.
We hebben echter in dit betoog hoofdzakelyk met den _regel_ te doen.
Volgens dien regel kan men zich verzekerd houden dat er _fouten_
worden gebaard door _fouten_, en wel gewoonlyk _gelyksoortige_. Het
meer of min plotseling overspringen van de ruimte die twee uitersten
van elkander scheidt--reaktie--mogen we nu buiten spel laten. Ook dat
overspringen, die meestal onverwachte terugslag--veel geregelder-
periodiek dan men g
|