FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   >>  
t!"-- Een uil, vol wijsheid, zag ik stilte wenken; Die sprak: "Verdraagt elkaar, en weest niet zot, Daar wij ons, allen, God met vleugels denken."-- AVOND Wanneer in ademloozen schemerschijn De vleermuis zwijgend wiekt in lage kringen, En de aarde staart naar de eerste tintelingen Der zilvren spangen van het nachtgordijn; Als dan door 't loof de luistrende jasmijn De luwtjes geur'ge wiegeliedren zingen, En sluimer daalt op breede duivezwingen... Dan is het zalig, om alleen te zijn. Dan is het zalig, 't lachend oog te luiken, Waar fulpen rust op neerzijgt, die verkwikt, En leeft van 't zoete liefdedroomen sluiken. O, driewerf zalig, wien het werd beschikt, Om in de zee der sluimring neer te duiken, Als daar een lief gelaat hem tegenblikt! LEVENSWIJSHEID Gelukkig zijn en toornig tevens gaat niet: Wenscht gij geluk, dan moet gij dus niet toornen Geniet den geur der roos, ontzie haar doornen: Raak haar niet aan, en zie, de doorn bestaat niet.... Wijt het uzelven, zoo gij wrokt; het baat niet, Of gij al bloesems eischt van de verkoornen Tot dor-zijn. Laat de uit menschenzaad geboornen Slechts mensch zijn; verg niet meer, en haat niet. Wilt gij den schaterenden bergstroom stremmen... Hij sleurt u voort, en solt u, trots uw krijten-- O, dwaas! wat wilt gij het ontembre temmen? Wilt ge op albast uw brein te bersten splijten, Zoo tracht de goede menschheid om te stemmen-- Wil ze als zij is.... en haar valt niets te wijten! DONKERE OOGEN EEN ALBUMBLAD Oogen, in wier diepte helle nacht Droomt en lokt, als er de rust uit lacht-- Grondeloozen, gij, die smeekt en smacht, Al wie oogt naar u, droomt met u mede.... Voor uw tooverende wonder-macht Wordt de ziel van mannen zonder kracht, En wiens kracht uw kracht ten onder bracht, Diens geheele ziel wordt eene bede. Aan het vreedzaam hart rooft gij den vrede, Maar gij schenkt hem weder, onverwacht-- En wien gij de weelde toe-bedacht Van uw blikken, zoo fluweelig-zacht, Dien omspannen zij van lieverlede, En hij slaakt een lang-gezuchte klacht, Doch een vreugderijken juich-kreet mede. U te zien, is schoonheid zelve ontwaren, En, waar zij op donzige englen-schacht Nederstrijkt, om zeegnend rond te waren, Daar versterft de haat, en geurt de zomer-pracht Der liefde.... Donker oog, blijf dikwijls op mij staren! EEN DROOM Een droom--als maneschijn--in zilvren wade En breedgewiekt, heeft mij, toen ik verwezen
PREV.   NEXT  
|<   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   >>  



Top keywords:

kracht

 

zilvren

 

droomt

 

bracht

 

zonder

 

mannen

 
tooverende
 

wijten

 

DONKERE

 

ALBUMBLAD


splijten
 

tracht

 

bersten

 

stemmen

 

menschheid

 

Grondeloozen

 

smeekt

 

smacht

 
diepte
 

Droomt


albast

 
temmen
 

weelde

 

Nederstrijkt

 

schacht

 
zeegnend
 

versterft

 
englen
 

donzige

 

schoonheid


ontwaren

 

maneschijn

 

breedgewiekt

 

verwezen

 

liefde

 

pracht

 

Donker

 
staren
 

dikwijls

 

schenkt


onverwacht
 
ontembre
 

vreedzaam

 
bedacht
 
slaakt
 
gezuchte
 

klacht

 

vreugderijken

 

lieverlede

 

fluweelig