ur-noodzakelijkheid zelve. De wet kan niet
tegen het algemeen belang ingaan, immers dan zou het volk tegen zijn
eigen welzijn in handelen en dit is onmogelijk. Het volk is onfeilbaar,
de volkswil kan niet dwalen; hij is altijd gericht op het algemeen
welzijn. Wel kan men het volk bedriegen; daardoor schijnt het somtijds
het slechte te willen, maar deze afwijking herstelt zich zelven weer.
De soeverein heeft een orgaan noodig om den algemeenen wil uit te voeren
en de wet in bijzondere gevallen toe te passen. Dit orgaan is de
regeering, door Rousseau vorst of magistraat genoemd. De regeerders zijn
dus niet de meesters, maar de dienaren, de zaakgelastigden van het volk.
Het volk stelt ze aan, het verleent hun bepaalde rechten, het is altijd
vrij deze rechten te wijzigen of terug te nemen, immers de vervreemding
van den volkswil is onvereenigbaar met het wezen van het maatschappelijk
lichaam, en rechtstreeks ingaande tegen het doel van het sociale kontrakt.
De vorm der regeering kan zijn monarchisch, aristokratisch of
demokratisch. Hoe meer geconcentreerd zij is, dat wil zeggen in de
handen van hoe kleiner aantal personen zij berust, des te sterker zal
zij zijn. De monarchie is de sterkste regeering, omdat in de monarchie
alle raderen in een hand samenkomen. Echter, haar doel is niet het heil
des volks maar 't heil des konings, die onophoudelijk streeft naar
vergrooting zijner macht. Men moet niet oordeelen naar de regeering van
een goed en wijs koning, maar zien wat van de taak, om het algemeen
welzijn te dienen, te recht komt onder een boosaardig of stompzinnig
vorst.
Abstrakt genomen is de demokratie, de regeering door de meerderheid, de
beste. Maar zij eischt om uitvoerbaar te wezen het samentreffen van een
aantal omstandigheden als daar zijn: een klein grondgebied, eenvoudige
zeden, gelijkheid der vermogens, enz. "Bestond er een volk van goden,
het zou zichzelve demokratisch regeeren, maar voor een volk van menschen
is een zoo volmaakte regeeringsvorm niet geschikt." In de praktijk is
dus de aristokratie, de oudste regeeringsvorm, tevens de meest
verkieslijke, althans wanneer zij niet op erfelijke aristokratie berust.
Deze laatste is de allerslechtste van alle regeeringsvormen, gelijk de
aristokratische door keuze de allerbeste is. Zij biedt de meeste
waarborgen van kunde, rechtschapenheid, ervaring, onbaatzuchtigheid enz.
van de regeerders. Want zoo de volkswil niet bedrogen wordt, zal hij in
den regel de waardig
|