ter zich nu eenmaal heeft voorgenomen, apart te zijn. Dit geeft aan
zijne boeken iets kouds, ofschoon het subjectieve en impressionistische
juist den indruk van warmte moeten wekken. Maar wanneer men de moeite
doet, ze door te worstelen, kan men er veel in vinden; de schrijver
heeft eigen gedachten en spant zich aanhoudend in, om zich te
vernieuwen. In de jaren 1892--1900 gaf hij uit: _Huldren_ 1892, _Ungt
Folk_ 1893, _Flaggermusvinger_ 1895, _Sus_ 1896, _Fra Hav til Hei_ 1897,
_Hugormen_ 1898, _Traekfugle_ 1899. Van zijn latere werken is misschien
het belangrijkste _Den sidste Gaest_ 1910.
FOOTNOTES:
[Footnote 21: Aan Kielland heeft hij ook zijn roman _To Damer_
opgedragen.]
LYRISCHE DICHTERS.
In het begin der eeuw was het vers de natuurlijke vorm voor de
litteratuur. Niet slechts stemmingen drukte men in verzen uit, maar al
wat men te vertellen had; zelfs pamfletten verschenen in dezen vorm. De
romantiek was rijk aan lyriek. Ook het drama in verzen bloeide in dien
tijd. Maar het realisme en de problemenlitteratuur maakten niet slechts
aan het drama in verzen, maar ook aan de lyriek een einde. Ibsen, de
groote verskunstenaar, gaat na _Peer Gynt_ geheel tot het proza over; de
romanschrijvers van 1870 gebruiken uitsluitend den prozavorm. De laatste
lyricus der oudere generatie, Vinje, legt in 1870 het hoofd neer, en
daarmee zinkt de lyrische poezie in een winterslaap, die met weinig
onderbreking ca. 20 jaar duurt. Van Ibsen bestaan er uit die jaren
enkele gelegenheidsgedichten; ook Lie gaf nu en dan een gedicht zonder
vlucht in het licht. De jaren 1879 en 1880 brachten een korte
onderbreking door het eerste optreden van Kr. Randers (geb. 1851) en
Th. Caspari (geb. 1853). De eerste gaf in 1879 uit _Med Lyre og Lanse_
(Met Lier en Lans), in 1880 _Vaarbrud_ (Lentedoorbraak), de tweede in
1880 _Polemiske Sonetter_. Randers' gedichten hebben hoofdzakelijk
politieken inhoud, Caspari viel de dichters van zijn tijd aan. Daarop
zwegen beiden. In een jonger periode echter is Caspari tot de
stemmingspoezie overgegaan. In 1891 gaf hij uit: _Digte af Per Gynt_, in
1897 _Norsk Hoifjeld_, in 1901 _Vintereventyr_.
Intusschen was een jonger dichter, Nils Collett Vogt (geb. 1864),
Caspari op dit gebied voor geweest. Zijn eerste verzameling is van 1887,
nieuwe bundels volgden in 1894 _Fra Vaar til Host_, 1896 _Musik og
Vaar_, 1900 _Det dyre Brod_, 1904 _Fra Kristiana_. Uit deze verzen sprak
een oorspronkelijk kunstenaar,
|