n geen gat in
de zijde ontdekken:
"Sy me dist tout en soubzriant
Que je dormisse seulement
Et que n'avoye nullement
Pour ce mal garde de morir." [955]
De oude conventioneele vormen kregen door het nieuwe sentiment nieuwe
frischheid. Niemand heeft de gebruikelijke verpersoonlijking der
sentimenten zoo ver doorgevoerd als Charles d'Orleans. Hij ziet zijn
hart als een afzonderlijk wezen:
"Je suys celluy au cueur vestu de noir...." [956]
In de oudere lyriek, zelfs in den dolce stil nuovo, waren die
verpersoonlijkingen nog strakke ernst geweest. Maar bij Orleans zijn
de grenzen van ernst en spot niet meer te trekken; hij chargeert de
verpersoonlijking, zonder dat het fijne sentiment te loor gaat:
"Un jour a mon cueur devisoye
Qui en secret a moy parloit,
Et en parlant lui demandoye
Se point d'espargne fait avoit
D'aucuns biens quant Amours servoit:
Il me dist que tres voulentiers
La verite m'en compteroit,
Mais qu'eust visite ses papiers.
Quant ce m'eut dit, il print sa voye
Et d'avecques moy se partoit.
Apres entrer je le veoye
En ung comptouer qu'il avoit:
La, de ca et de la queroit,
En cherchant plusieurs vieulx caiers
Car le vray monstrer me vouloit,
Mais qu'eust visitez ses papiers...." [957]
Hier overweegt het komische, maar in het volgende de ernst:
"Ne hurtez plus a l'uis de ma pensee,
Soing et Soucy, sans tant vous travailler;
Car elle dort et ne veult s'esveiller,
Toute la nuit en peine a despensee.
En dangier est, s'elle n'est bien pansee;
Cessez, cessez, laissez la sommeiller;
Ne hurtez plus a l'uis de ma pensee,
Soing et Soucy, sans tant vous travailler...." [958]
De week-droeve erotiek kreeg voor den vijftiendeeeuwer een nog scherper
smaak door de bijmenging van het profane, waarmee hij haar zoo gaarne
kruidt. De travesti van het amoureuze in kerkelijke vormen dient niet
enkel tot obscene beeldspraak en grove oneerbiedigheid, zooals in de
_Cent nouvelles nouvelles_. Zij levert ook den vorm van het meest teere,
bijna elegische liefdedicht, dat de vijftiende eeuw heeft voortgebracht:
_L'amant rendu cordelier a l'observance d'amours_.
Het motief van de minnaars als de observanten eener geestelijke orde had
reeds in den kring van Charles d'Orleans aanleiding gegeven tot een
dichterlijke confrerie, die zich "les amoureux de l'observance" noemde.
Is het werkelijk Marti
|