FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   337   338   339   340   341   342   343   344   345   346   347   348   349   350   351   352   353   354   355   356   357   358   359   360   361  
362   363   364   365   366   367   368   369   370   371   372   373   374   375   376   377   378   379   380   381   382   383   384   385   386   >>   >|  
ot messire Jehan de Blois femme et guerre qui trop luy cousta," [930] heeft welbeschouwd in het verband niet de pointe, die men erin voelt. Een element mist Froissart: het rhetorische. Juist de rhetoriek was het die den tijdgenoot het gemis aan nieuwen inhoud in de literatuur vergoedde. Hij zwelgde in de praal van den versierden stijl; de gedachten schijnen hem nieuw door hun statigen dos. Zij dragen alle stijve brokaatgewaden. De begrippen van eer en plicht dragen het bonte pak van den ridderlijken waan. De natuurzin steekt in de plunje van de pastorale en de liefde in het knellendste van al, de allegorie van den _Roman de la Rose_. Geen enkele gedachte is naakt en vrij. Zij kunnen zich haast niet anders meer bewegen dan voortschrijdende in rustige maat, in eindelooze optochten. Dit rhetorisch-versierende element ontbreekt overigens volstrekt niet in de beeldende kunst. Er zijn tal van partijen, die men geschilderde rederijkerij zou kunnen noemen. Zoo bijvoorbeeld op Van Eyck's Madonna van den kanunnik Van de Paele de Sint Joris, die den stichter aan de Maagd aanbeveelt. Hoe duidelijk heeft de kunstenaar willen antikiseeren in dat gouden harnas en den pronkhelm; hoe slap rhetorisch is het gebaar, waarmee de heilige optreedt. De aartsengel Michael op het Dresdensche triptiekje draagt denzelfden al te fraaien tooi. Ook het werk van Paul van Limburg vertoont dat bewust rhetorische element, in de overrijke, bizarre praal waarmee de drie koningen optreden, in het streven naar een exotische, theatrale uitdrukking, dat onmiskenbaar is. * * * * * De poezie der vijftiende eeuw is op haar best, wanneer zij geen zwaarwichtige gedachte poogt uit te drukken, en ontslagen is van de taak, om het mooi te doen. Wanneer zij maar even een gezicht, een stemming oproept. Haar werking berust op haar formeele elementen: het beeld, den toon, het rythme. Vandaar dat zij weinig vermag in de werken van hoogen opzet en langen adem, waar de rythmische en toonqualiteiten ondergeschikt zijn, maar frisch kan zijn in de genres, waar de vorm hoofdzaak is: het rondeau, de ballade, die doorgaans op een lichte gedachte zijn gebouwd, en hun kracht ontleenen aan visie, toon en rythme. Het zijn de eenvoudig en onmiddellijk beeldende eigenschappen van het volkslied; daar waar het kunstlied zich het naast aansluit aan het volkslied, gaat er de meeste bekoring van uit. In de veertiende eeuw heeft een kentering plaats in
PREV.   NEXT  
|<   337   338   339   340   341   342   343   344   345   346   347   348   349   350   351   352   353   354   355   356   357   358   359   360   361  
362   363   364   365   366   367   368   369   370   371   372   373   374   375   376   377   378   379   380   381   382   383   384   385   386   >>   >|  



Top keywords:

element

 

gedachte

 
rythme
 

rhetorisch

 
waarmee
 

dragen

 

beeldende

 

kunnen

 

rhetorische

 

volkslied


onmiskenbaar

 
wanneer
 

zwaarwichtige

 

drukken

 
vijftiende
 
poezie
 
koningen
 

draagt

 

triptiekje

 
denzelfden

fraaien
 

Dresdensche

 

Michael

 

gebaar

 
heilige
 
optreedt
 

aartsengel

 

streven

 

optreden

 

exotische


theatrale
 

ontslagen

 

vertoont

 

Limburg

 

bewust

 

overrijke

 

bizarre

 

uitdrukking

 

werking

 
ontleenen

kracht

 
eenvoudig
 
gebouwd
 

lichte

 

hoofdzaak

 
rondeau
 

ballade

 
doorgaans
 

onmiddellijk

 
eigenschappen